Sheila Sitalsing: ‘In de democratie moet ruimte zijn voor kritische bevraging’
‘Er wordt nog altijd onthuld wat onthuld moet worden’, zegt Sheila Sitalsing over de staat van de onafhankelijkheid in de journalistiek. Niettemin staat de ethische regel bloot aan krachten die de onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden of zelfs bedreigen. In dit interview gaat Sitalsing in op enkele van die factoren: wantrouwen naar de pers; de wijze waarop journalistiek is georganiseerd; en de relatie tussen pers en woordvoerders. ‘Het is de verantwoordelijkheid van de journalist om zelf te onderhandelen over afspraken.’
De journalist is onafhankelijk
‘Onafhankelijk journalist zijn is dat je je vrij voelt om de feiten op te schrijven waarvan jij denkt dat ze relevant zijn, zonder vrees voor politieke of juridische consequenties of druk van een werkgever en zonder belangen, anders dan het publieke belang.’
Staat van onafhankelijkheid
‘Ik vind dat de pers machthebbers nog altijd scherp controleren. Er wordt onthuld wat onthuld moet worden. Of nou ja, dat hoop ik, ook al gebeurt dat met tegenwerking of laat het lang op zich wachten. Denk aan de kinderopvangtoeslagenaffaire of de WIA-affaire bij het UWV.’
Wantrouwen naar de pers
‘Wel moeten we waakzaam zijn. Dat politici in machtsposities de pers in twijfel trekken, lijkt onderhand mainstream te worden. Wilders ondermijnt al lang de journalistiek. “Journalisten zijn - uitzonderingen daargelaten - gewoon tuig van de richel” was een tweet van zijn hand uit 2021. Inmiddels zie je bij álle huidige coalitiepartijen dat ze publiekelijk journalisten terugduwen. Inhoudelijke kritiek wordt verengd tot iets persoonlijks; “deze mevrouw weet niet waar ze het over heeft”.
Politici die in het openbaar tekeer gaan, willen niet de berichtgeving verbeteren maar roepen wantrouwen op over alles wat vervolgens gepubliceerd gaat worden. Daarmee trek je niet alleen de individuele journalist of het bericht in twijfel, maar eigenlijk het hele systeem waarin journalisten werken. Journalisten mogen lastig gevonden worden, maar in de democratie moet ruimte zijn voor kritische bevraging. Elkaar scherp houden is daar onderdeel van.
Dit gestook voedt echter het gevoel dat journalisten vooringenomen en kwaadwillend zijn, en dat het publiek wordt voorgelogen Ik vind dat er een fundamenteel andere manier van kijken is gekomen naar de verhouding tussen politiek, macht en journalistiek. We zijn op een ander speelveld beland zonder regels.’
Meer uitleg geven
‘In coronatijd schreef ik kritisch over het kabinet-Rutte. Omdat ik columns schrijf, kan ik me andere stijlvormen zoals hyperbolen permitteren dan in de gewone verslaggeving en ik ga ervan uit dat mijn publiek begrijpt dat ik soms dingen duidelijk wil maken met omdraaiing en ironie. Maar mijn columns werden uit hun context gehaald door groepen die de staat wantrouwen en werden anders geïnterpreteerd. Ik vond het een enge gedachte dat mijn teksten niet meer werden begrepen. Inmiddels zitten mijn columns achter een betaalmuur, maar worden daar nog geregeld achter vandaan gehaald. Ik schrijf nog steeds voor mijn eigen publiek, maar denk wel meer na over de zinnen die ik schrijf. Niet dat ik mijn scherpe kant afzwak, maar soms beslis ik net iets meer uitleg te geven, met het oog op een ander publiek.’
De wijze waarop de journalistiek is georganiseerd
‘Ook de manier waarop de journalistiek is georganiseerd kan gevolgen hebben voor de onafhankelijkheid. Dan heb ik het over de bereidheid van uitgevers om fatsoenlijk te betalen voor onafhankelijke journalistiek. Er zijn rechtszaken gevoerd over woordtarieven en minimumafspraken gemaakt, maar freelancejournalistiek blijft kwetsbaar. Er zijn ontzettend veel freelancers die heel goed en belangrijk journalistiek werk doen, maar daar gewoon niet genoeg voor betaald worden. Het blijft een gek model dat een freelancer zichzelf moet financieren door commerciële klussen erbij te doen. Dat hoeft niet erg te zijn, mits je het commerciële en het publieke belang goed van elkaar kunt scheiden. Als dat niet lukt, komt de onafhankelijkheid in het geding. Zolang uitgevers niet erkennen dat journalistiek een maatschappelijke dienst is die wat mag kosten, blijft dit een probleem. Zo goedkoop mogelijk journalistiek bedrijven, heeft consequenties voor de kwaliteit en onafhankelijkheid.’
Woordvoerders en afspraken
Natuurlijk zijn er onnoemelijk veel voorlichters. Soms ga je iemand interviewen en dan zitten er allerlei zwijgende mensen op de achtergrond mee te luisteren die af en toe iets in een boekje schrijven. Dan denk ik: hoe duur is dit gesprek eigenlijk? Hoewel er ongetwijfeld voorlichters die de waarheid wegkletsen of mooier maken, begrijpen goede voorlichters heus wel dat het ook in hun belang is dat de zaken waarheidsgetrouw in de krant komen. En goede journalisten weten echt wel hoe ze om slechte voorlichters heen kunnen werken. Het is de verantwoordelijkheid van de journalist zelf om te onderhandelen over afspraken. In mijn ervaring draait het om relaties en vertrouwen. Vertrouwt een organisatie erop dat jij weet wat je doet en vertrouw jij erop dat je de informatie krijgt die je nodig hebt?
Ik ben ook niet tegen inzage vooraf, afhankelijk van de positie van de geïnterviewde. Ik vind het prima als geïnterviewden onjuistheden corrigeren, ze mogen van mij ook aangeven of ze de weergave en sfeer vinden kloppen. Bij invloedrijke personen ga ik de strijd aan als iets relevant is. Maar vaak genoeg maak ik er geen principekwestie van. We hoeven niet elke dag Watergate-je te spelen.’
NVJ Code
‘Mensen in hoge posities zijn gewend dat ze controle hebben over alles wat er gebeurt binnen hun organisatie en raken van de leg als er iets over ze wordt geschreven waar ze geen controle over hebben. In alle gevallen kunnen we niet genoeg uitleggen hoe de journalistiek werkt. Dat is precies de reden waarom de NVJ Code er is.’
Foto: David van Dam
NVJ Code
Een journalist:
Zoekt de waarheid op basis van feiten
Is onafhankelijk
Doet evenwichtig verslag
Werkt transparant
Beschermt bronnen
Corrigeert fouten
Maakt onderscheid tussen feiten en meningen
Respecteert de privacy, tenzij er een publiek belang is
Zet niet aan tot haat, discriminatie en racisme
Maakt zich niet schuldig aan plagiaat, smaad en laster