Home Diensten Ondernemerschap Zzp-wetgeving Zo gaat de nieuwe wetgeving eruit zien
Terug

Zo gaat de nieuwe wetgeving eruit zien

De nieuwe wetgeving die het freelance werken anders gaat vormgeven, maakt veel los onder freelancers. Is het freelancen in de journalistiek straks nog wel mogelijk? Wat zijn de gevolgen van het wetsvoorstel VBAR en de handhaving door de Belastingdienst op schijnzelfstandigheid? Milen van Boldrik, secretaris Zelfstandigen, zet uiteen wat de overheid van plan is en wat de standpunten van de NVJ zijn.

Wetsvoorstel VBAR 

Het wetsvoorstel Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (VBAR) is bedoeld om een scherper onderscheid te maken tussen freelancers en werknemers. Problemen zoals gedwongen schijnzelfstandigheid of oneerlijke concurrentie op arbeidsvoorwaarden zouden hierdoor moeten verminderen.  

De belangrijkste onderdelen van de beoogde wet VBAR zijn: 

  • Beoordelingscriteria arbeidsrelatie: ben je zzp’er of werknemer? (zie kader hieronder) 

  • Er komt een zogeheten uurtarief van rechtsvermoeden werknemer. Dit tarief is minder dan 33 euro per uur en stijgt mee met het wettelijk minimumloon. 

Per wanneer? 

Het is nog onzeker of het wetsvoorstel in de huidige vorm de eindstreep haalt. Het voorstel ligt nu bij de Raad van State, waarna de parlementaire behandeling volgt door de Tweede en Eerste Kamer. Al deze partijen kunnen er nog van alles van vinden. De beoogde invoering is 1 januari 2026.  

Handhaving Belastingdienst op schijnzelfstandigheid 

De Belastingdienst heeft de opdracht gekregen vanuit de overheid om de wet DBA te handhaven en gaat controleren of er sprake is van (werkgevers)gezag.  

De Belastingdienst kijkt onder andere naar: 

  • Onderhandelingspositie en hoogte beloning 

  • Gelijkwaardigheid relatie freelancer en opdrachtgever 

  • Handhaving kijkt naar de toekomst, niet naar het verleden

  • De Belastingdienst oefent controle uit bij de opdrachtgevers middels het gesprek.

Per wanneer? 

1 januari 2025.

Recente ontwikkelingen 

Hoewel de plannen al langere tijd bekend zijn, is er vooral de laatste maanden de nodige reuring ontstaan. Dit heeft te maken met een aantal ontwikkelingen, waaronder: 

  • Op 1 maart kondigde de Belastingdienst aan de wet DBA vanaf 2025 actief te gaan handhaven, terwijl dit in de voorgaande jaren niet gebeurde.  

  • Recente uitspraken in rechtszaken (zoals het Deliveroo-arrest) geven kaders aan wanneer iemand wel of geen zelfstandige is. Jurisprudentie kleurt de wet in over werken als zelfstandige of in loondienst en legt dus eigenlijk uit hoe het arbeidsrecht behoort te werken.    

Blijven freelancen zoals je gewend was? 

Als de nieuwe regelgeving in de voorgestelde vorm wordt doorgezet, lijkt het straks moeilijker om freelance redactiewerk in te vullen. Dat zou een klap in het gezicht zijn van freelancers die op deze wijze hun ondernemerschap invullen. Er zullen ook freelancers zijn die oren hebben naar een arbeidsovereenkomst, maar het overgrote deel wil blijven freelancen zoals ze nu doen.’ 

Tegen schijnzelfstandigheid  

Overigens heeft de NVJ zich samen met haar leden altijd verzet tegen schijnzelfstandigheid. Daarom vindt zij het tweede onderdeel van de voorgestelde wet VBAR - uurtarief van rechtsvermoeden werknemer - een goede ontwikkeling.

Milen van Boldrik: ‘Onze kritiek naar opdrachtgevers is altijd geweest dat freelancers onvoldoende onderhandelingsruimte krijgen, dat de tarieven eenzijdig worden vastgesteld en dat de tarieven überhaupt te laag zijn. In het wetsvoorstel staat dat als je minder dan 33 euro per uur verdient, je waarschijnlijk geen freelancer bent en wordt het je makkelijk gemaakt een arbeidsovereenkomst te claimen. Een goede zaak want van minder dan 33 euro per uur kun je onmogelijk gezond ondernemerschap voeren.

De hele crux is dat freelancers en opdrachtgevers gelijkwaardige partners van elkaar zijn, dat freelancers onderhandelingsruimte krijgen, zelf hun contract kunnen kiezen en hun werk kunnen indelen. Daaruit spreekt echt ondernemerschap. Opdrachtgevers zijn dus ook aan zet om zich als opdrachtgever op te stellen.’  

Beoordelingscriteria arbeidsrelatie volgens VBAR 

Werknemer / arbeidscontract

  • Aanwijzingen en instructies

  • Controle en eventueel ingrijpen

  • Werk heeft structureel karakter

  • Zij-aan-zij werknemers

Zelfstandige

  • Eigen rekening en risico

  • Eigen materiaal

  • Specifieke kennis

  • Duur opdracht (kort en beperkt)

Als de beoordeling geen duidelijke uitkomst biedt, kan aanvullend worden gekeken naar zogeheten C+ omstandigheden die geen betrekking hebben op de opdracht, maar hoe de zelfstandige zich daarbuiten in het economische verkeer gedraagt:

  • Meerdere opdrachtgevers per jaar

  • Besteedt tijd en/of geld aan werving, klanten en opdrachten

  • Bedrijfsinvesteringen van enige omvang

  • Gedraagt zich administratief als zelfstandig ondernemer, zoals een inschrijving bij de KvK.

Vragen? Neem gerust contact met ons op 

Heb je je behoefte om te praten over jouw specifieke situatie? Via het juridisch spreekuur kun je contact opnemen met een van onze juristen.

Jouw persoonlijk adviseur

Milen van Boldrik
Milen van Boldrik
Secretaris Zelfstandigen
mvanboldrik@nvj.nl


Als NVJ-lid sta je niet alleen.

Sluit je aan bij de NVJ →

Nodig je collega’s uit om met 25% korting lid te worden van de NVJ en ontvang 25 euro.
Maak je collega lid
Journalistiek is een vak
Logo NVJ

NVJ, het journalistieke netwerk

© 2024 NVJ - Alle rechten voorbehouden