De opvolger van de Wob, de Woo, is op 1 mei 2022 in werking getreden. Er is geen overgangsrecht en de Wob komt hiermee te vervallen.
Het beginsel dat aan beide wetten ten grondslag ligt, is steeds hetzelfde gebleven: zowel bij een verzoek om informatie (passief) als bij het geven van informatie uit eigen beweging door de overheid (actief) is openbaarheid het uitgangspunt. De nieuwe Woo moet ervoor zorgen dat overheidsinformatie beter vindbaar, uitwisselbaar, eenvoudig te ontsluiten en goed te archiveren is.
Bij een Woo-verzoek zal het altijd gaan om passieve openbaarheid. Met andere woorden: informatie die wordt opgevraagd en die tot op dat moment niet openbaar was. Het gaat dan om informatie die in documenten is vastgelegd over het handelen van de overheid als bestuursorgaan. De wet spreekt van een ‘bestuurlijke aangelegenheid’ en bedoelt dan een kwestie die het beleid betreft. Iedereen kan een Woo-verzoek doen. De betrokkene hoeft daarbij geen belang te hebben. Als je een Woo-verzoek doet, hoef je dus niet te motiveren waarom je de informatie wilt ontvangen. De informatie die je op grond van een Woo-verzoek van de overheid ontvangt, is vanaf dat moment voor iedereen (bijvoorbeeld online) toegankelijk.
Wat verandert er met inwerkingtreding van de Woo? De Woo heeft allereerst betrekking op meer overheden dan de Wob. Ook niet-bestuursorganen zoals de Eerste en Tweede Kamer, Raad van State, Algemene Rekenkamer, Nationale Ombudsman, gemeentelijke en provinciale ombudsmannen, de besturen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg en de Unie van Waterschappen zullen op grond van de wet na een Woo-verzoek openbaarheid moeten betrachten.
Daarnaast zullen overheidsorganisaties verplicht zijn om meer documenten actief openbaar te maken. Het gaat daarbij om de volgende elf categorieën:
- Wet- en regelgeving;
- Organisatiegegevens;
- Raadsstukken;
- Bestuursstukken;
- Stukken van adviescolleges;
- Convenanten;
- Jaarplannen en -verslagen;
- Wob/Woo-verzoeken;
- Onderzoeken;
- Beschikkingen;
- Klachten.
Actief openbaar gemaakte overheidsinformatie zal voortaan op 1 plek te vinden zijn: het Platform Open Overheidsinformatie (PLOOI).
Daarnaast is met de inwerkingtreding van de Woo een nieuwe onafhankelijke organisatie ingesteld: het Adviescollege Openbaarheid en Informatiehuishouding. Dit adviescollege zal de regering en de Staten-Generaal adviseren over de uitvoering van de regels over openbaarmaking van publieke informatie, de toepassing van de Woo bevorderen en daarnaast een bemiddelingsfunctie krijgen bij geschillen tussen bestuursorganen en beroepsmatige verzoekers tot informatie, zoals journalisten.
Opgemerkt moet worden dat vanuit de praktijk, met name door journalisten en Wob/Woo-deskundigen, met kritische ogen naar de wet wordt gekeken. Nederland was initiatiefnemer van het Verdrag van Tromsø (2009), op grond waarvan Europese burgers toegang zouden moeten krijgen tot overheidsinformatie. De eerste versie van de Woo was sterk op dit verdrag geënt, maar gaandeweg is er van het initiatiefvoorstel zo weinig overgebleven dat sceptici zeggen dat vervanging van de Wob door de Woo weinig verandering teweeg zal brengen. Met name op het gebied van de passieve openbaarheid zijn nauwelijks stappen vooruit gemaakt.