Wat de uitgevers met hun winsten kunnen doen

dinsdag 23 maart 2021

De cijfers liegen er niet om. Het gaat goed met DPG en Mediahuis. DPG boekt 39% meer winst ten opzichte van 2019 en komt uit op een groepswinst van 178 miljoen. Mediahuis heeft een omzet van 990,5 miljoen met een nettowinst van 58,6 miljoen en een groei van het aantal abonnees (bron Villamedia).

Verdere duiding van de financiële resultaten laat ik graag over aan de hierin gespecialiseerde schrijvende collega’s.

Ik zou de uitgevers willen feliciteren met hun behaalde winstcijfers. Zou dat willen maar ik kan het niet doen gezien het schrille contrast van deze cijfers met de hoogte van de gemiddelde vergoeding die zij betalen aan hun freelancers. Freelancers die hun bijdragen hebben geleverd aan dit positieve resultaat.

Zien de uitgevers niet het gevaar van een uitloop van hun professionele freelancers bij onvoldoende waardering voor hun inzet? Een uitloop naar beter betalende opdrachtgevers, zoals overheid en bedrijfsleven? Het gevaar van een verdwijnend onafhankelijk journalistiek werkveld ligt op de loer.

Momenteel zijn de uitgevers nog in staat om journalistieke kwaliteit te leveren. Hulde daarvoor, kwaliteit betaalt zich uit. Nog meer hulde voor de freelancers die voor bedragen van rond de € 15,- tot € 20,- bruto per uur bereid zijn zich in te zetten om tot een kwaliteitsproduct te komen.

Maar van hulde koop je geen pindakaas. Vroeg of laat zal het beloningsbeleid, zoals nu gehanteerd, zich tegen het verdienmodel van de uitgevers gaan keren. Veel freelancers zullen kiezen voor een werkveld met hogere financiële waardering en betere voorwaarden. Het zal toch niet moeilijk voor de uitgevers moeten zijn om, met deze omzet en winstcijfers, een beter traject te bouwen binnen de kostenpost arbeid en zodoende de freelancer met zijn expertise aan zich te binden.

Waar zijn beide partijen, uitgevers en freelancers, nu bij gebaat? En waar is onze maatschappij bij gebaat?
De democratie en de cultuur in Nederland zijn gebaat bij een onafhankelijk journalistiek landschap. De journalistiek is er voor het duiden van complexe zaken die spelen in onze maatschappij. De journalistiek maakt onze cultuur zichtbaar.

Deze stelling staat hoog aangeschreven binnen de politiek. Nu pleit ik niet voor een al te grote bemoeienis van de politiek met de journalistiek, de onafhankelijkheid moet wel gewaarborgd blijven. Uitbuiting van werkers voor het behalen van torenhoge winsten daar kan de overheid toch echt wel tegen optreden (hoewel de politiek ook niet geheel gevrijwaard is van het ontstaan van de huidige ongunstige situatie op de arbeidsmarkt).

De uitgevers willen journalistieke kwaliteit leveren en deze verspreiden door verkoop en daarmee winst maken.

Ook de  freelancers willen journalistieke kwaliteit leveren en zo bijdragen aan het duiden van complexe zaken en om financieel rendement te verkrijgen uit hun verrichte werkzaamheden.

Er zijn dus gemeenschappelijke belangen.
Waarbij ten aanzien van het laatste punt, winst voor de uitgever en rendement voor de freelancer, overeenstemming zal moeten worden bereikt.

Bij het komen tot consensus met eenduidige afspraken zou de FPC (Fair Practice Code) een mooi instrument zijn om als model te dienen.

Een FPC bevat een bindende afspraak tussen de twee partijen, opdrachtgever en opdrachtnemer. Aan de hand van de FPC kan de autonoom werkende opdrachtnemer zijn prijs uit onderhandelen. Zo blijft de opdrachtnemer grip houden op zijn eigen uurloon.