Rechtszaak tegen Europese blokkade Russische media cruciaal voor toekomst informatievrijheid
Op woensdag 10 juli wordt bij het Gerecht van het Europese Hof in Luxemburg de rechtszaak behandeld tegen de Europese blokkade van een aantal Russische media. Deze blokkade werd in 2022 afgevaardigd door de Europese Raad van Ministers en verbiedt de doorgifte van een aantal Russische media, waaronder Russia Today, Sputnik, Rossiya RTR/RTR Planeta en Rossiya 24/Russia 24. Algemeen secretaris Thomas Bruning: 'Deze zaak gaat niet over het verdedigen van de inhoud van de Russische zenders, maar over het waarborgen van fundamentele mensenrechten en het voorkomen van een glijdende schaal van censuur.'
Foto Kirill Kudryavtsev/AFP
De EU-breed opgelegde blokkade geldt nu al meer dan twee jaar, en kan als een censuurmaatregel vanuit de overheid worden beschouwd, zonder dat hier een rechterlijk oordeel of besluitvorming per land aan te pas is gekomen.
De Freedom of Information Coalition (FOIC), bestaande uit providers en organisaties die strijden voor internet- en persvrijheid, verzet zich tegen deze censuurmaatregel en heeft uit principiële gronden de Europese Raad voor de rechter gedaagd. De FOIC verdedigt de inhoud van de geblokkeerde Russische kanalen niet, maar ziet het evenwel als haar taak de legitimiteit en proportionaliteit van de maatregelen aan de orde te stellen.
De FOIC kijkt uit naar de langverwachte hoorzitting bij het Gerecht van het Europese Hof van Justitie, die op woensdagochtend 10 juli 2024 zal plaatsvinden in Luxemburg.
Achtergrond en het belang van de zaak
De FOIC, die in mei 2022 haar eerste klacht indiende, benadrukt dat de door de Raad van Ministers van de Europese Unie opgelegde blokkades zonder onafhankelijke juridische toetsing zijn doorgevoerd. De coalitie stelt dat deze maatregelen de informatievrijheid, een fundament van de democratie, ernstig ondermijnen. De snelle en vergaande beslissingen roepen vragen op over de rechtsstaat en de proportionaliteit van dergelijke censuurmaatregelen.
Uitdagingen en principiële bezwaren
Wido Potters van BIT, een van de initiatiefnemers, stelt: 'De EU-sanctiemaatregelen, die snel en unaniem zijn aangenomen, beperken het recht op informatie voor alle burgers in de EU. Het is van belang dat dergelijke besluiten worden getoetst door onafhankelijke rechters en niet door politieke organen.'
Rejo Zenger van Bits of Freedom voegt toe: 'De Europese Unie moet juist inzetten op het stimuleren van onafhankelijke media. Propaganda maak je niet monddood met censuur, uitingsvrijheid wel.'
Toekomstige verwachtingen
De aankomende zittingsdatum op 10 juli 2024 biedt een belangrijke kans voor het Europese Hof om de proportionaliteit en legitimiteit van deze maatregelen grondig te beoordelen. Thomas Bruning, algemeen secretaris van de NVJ, licht toe: 'Deze zaak gaat niet over het verdedigen van de inhoud van de Russische zenders, maar over het waarborgen van fundamentele mensenrechten en het voorkomen van een glijdende schaal van censuur.'
'Waar politici op deze wijze (des)informatie gaan verbieden, ontstaat een zorgwekkende glijdende schaal, die kan uitmonden in een onvrij persklimaat. Het zou een vrijbrief betekenen voor de overheid om informatie ontoegankelijk te maken, zonder dat een rechter daarover een oordeel heeft kunnen vormen. Daarmee tornen we aan de beginselen van de democratische rechtsstaat.'
De FOIC roept het Europese Hof op om snel en doortastend op te treden om de mensenrechten te beschermen en een precedent te scheppen tegen ondemocratische censuur. De coalitie is vastbesloten om de rechten van burgers en de vrije pers te verdedigen en hoopt dat deze rechtszaak een keerpunt zal zijn in deze strijd voor informatievrijheid.
De coalitie kijkt met spanning uit naar de zitting en hoopt dat het Gerecht recht zal doen aan de fundamentele rechten die in het geding zijn.