Janny Groen: Er kan nooit genoeg aandacht voor persvrijheid zijn

Janny Groen vindt dat de persvrijheid in Nederland meer onder druk staat. 'Door de rol van sociale media, mensen die bij ministers op de stoep staan om hun gelijk te halen. Er zijn heel veel dreigementen en dat zie je bij de pers ook.'

Lid sinds: 1980
NVJ in één woord: solidariteit
Meest trots op: ‘Lastig kiezen uit zo’n lange carrière. Ik denk aan het collectieve interview dat ik had met een eerste groep Nederlandse Syriëgangers in 2013. Het gaf een inkijkje in de denkwereld van jihadi’s. Ze vertelden toen al dat ze er niet alleen waren om tegen dictator Assad te strijden, maar dat het uiteindelijke doel was te leven in een shariastaat. Het kalifaat werd pas een jaar later opgericht.’
Inspirator: ‘Oriana Fallaci en Mary Henrietta Kingsley, een Britse etnograficus en ontdekkingsreizigster die in West-Afrika onderzoek deed.'

Janny Groen werkte jarenlang voor de Volkskrant als buitenlandredacteur voor Afrika, correspondent in de Verenigde Staten, eindredacteur van de kunstbijlage en chef verslaggeverij. Na de aanslagen op de Twin Towers verdiepte ze zich in de islam, radicalisering en terreur. In 2006 schreef ze Strijdsters van Allah: radicale moslima’s en het Hofstadnetwerk en in 2018 won ze De Tegel voor haar interview met Jason Walters. ‘De ander is altijd mijn journalistieke leidraad geweest.’ Inmiddels is Groen met pensioen, maar stil zit ze allerminst.

Waar ben je op dit moment mee bezig?

‘Ik zit in de jury van De Tegel. Daar zijn best veel inzendingen voor, dus dat is aardig wat werk. Verder volg ik vanaf het begin de opstand in Iran en vooral de Iraniërs in de diaspora. Hoe lang houden ze het vol? Waarom denken ze dat het deze keer misschien wel gaat lukken? Het interesseert me heel erg. Uiteindelijk wil ik dat het een boek wordt, of een serie met grote verhalen. Want met korte, eenvoudiger stukken kom je er niet als gepensioneerde, haha! Maar ik geloof ook gewoon in de lange adem.’

Zeker nu is solidariteit met de talloze zzp’ers erg belangrijk: de strijd voor een betere betaling

Je bent ook betrokken bij de samenwerking van de NVJ met Vluchtelingenwerk.

‘Klopt. Persvrijheid is voor mij heel belangrijk. Vluchtelingenwerk helpt statushouders met de inburgering en ik ga een groep Arabischtalige vluchtelingen vertellen over wat persvrijheid en vrijheid van meningsuiting hier inhoudt, omdat zij uit landen komen waar dat heel anders is ingericht.’

Vind je dat de persvrijheid nu in Nederland meer onder druk staat?

‘Dat gevoel heb ik wel, ja. Door de rol van sociale media, mensen die bij ministers op de stoep staan om hun gelijk te halen. Er zijn heel veel dreigementen en dat zie je bij de pers ook. De NOS die niet meer met logo op de auto naar demonstraties kan, dat soort intimidatie is veel heftiger. Je ziet het uit allerlei hoeken. De Mohammed-cartoons, dat blijft ook een onderwerp, het leidt tot zelfcensuur. De NVJ kan het natuurlijk niet alleen, maar het is wel haar taak om dit soort intimidatie voortdurend aan de kaak te stellen. Er kan nooit genoeg aandacht voor persvrijheid zijn.’

Waarom ben je, naast persvrijheid, lid van de NVJ geworden?

‘Solidariteit. Als je in vaste dienst bent heb je dat in principe wat minder hard nodig, maar zeker nu is solidariteit met de talloze zzp’ers erg belangrijk: de strijd voor een betere betaling.’

Wat zou je zeggen tegen starters die het beroep in gaan?

‘Je moet weten wat je wil: wil je echt op het nieuws gaan zitten, of wil je gaan graven? Ga je voor onderzoeksjournalistiek, zoek dan een thema uit en blijf daar lang op zitten. Als je het geduld hebt om dat te doen, dan kun je veel diepgang geven aan je werk en levert je dat elke keer nieuwe invalshoeken op. Verder is het belangrijk om je onafhankelijke positie te bewaken en open contacten te onderhouden, niet van “dat staat me niet aan” of “die deugt niet” – sta open voor wat mensen te zeggen hebben.’

Horen, zien, lezen

Televisie: ‘Lubach, NOS Journaal, Nieuwsuur en NOS Studio Voetbal, CNN.’

Podcast: ‘Luisterde ik nooit, maar ben ik gaan waarderen als jurylid voor De Tegels: koptelefoon op, lopen en luisteren, vooral naar onderzoeksjournalistieke series met cliffhangers, zoals Serial. En: I am not a monster, een podcastserie van Josh Baker (Frontline PBS) over de motieven van een Amerikaanse Syriëgangster.’

Dagblad: ‘Volkskrant, Trouw, Parool, NRC, Telegraaf en Haarlems Dagblad online, verder The New York Times en losse stukken in (inter)nationale media.’

Tijdschrift: ‘Nieuw Israëlisch Weekblad, VARAgids en EW Magazine.’

Journalist: ‘Oorlogsverslaggevers.’

Muziek: ‘Mijn eerste LP die ik zelf kocht was Rubber Soul van de Beatles, de tweede Sticky Fingers van de Rolling Stones. Ben vorig jaar nog met mijn zoon naar de Stones in de Arena geweest. Ik houd van veel genres: jazz, pop, blues. Indringende, rauwe Deltablues, onbekende namen die ik tegenkwam toen ik een verhaal maakte over de Mississippi Blues Trail. Tango heb ik ontdekt in een smoezelig tangocafé in Buenos Aires. Afrikaanse muziek toen ik daar reisde en woonde: Trahison van Eba Aka Jerome, Good News from Africa van Dollar Brand. En last but not least: klassieke muziek, vooral Schubert en de cellosonates van Brahms.’

Foto: Dingena Mol