Programmamakers ervaren onzekerheid en werkdruk
Hoe leuk programmamakers hun werk bij de publieke omroep ook vinden, de altijd maar dreigende overheidsbezuinigingen, de hoge werkdruk en het kwaliteitsverlies dat op de loer ligt, zorgen voor een continu zeurende druk. Dit blijkt uit de enquête en belronden die de NVJ hield onder programmamakers bij de landelijke en regionale publieke omroep.
Milen van Boldrik en Wais Shirbaz, omroepsecretaris (foto Truus van Gog)
De bezuinigingen bij de publieke omroep in de afgelopen jaren hebben er flink ingehakt bij de mensen die er werken. Uit de enquête van de NVJ over de positie van programmamakers antwoordt driekwart van de respondenten bij de landelijke publieke omroepen dat hun grootste zorgen liggen bij dreigende bezuinigingen en de vrees dat de kwaliteit van de journalistiek achteruitgaat (52%). Bij de regionale omroepen zien we eenzelfde soort beeld (64% dreigende bezuinigingen; 63% zorgen over kwaliteit). Deze percentages worden op de voet gevolgd door de hoge werkdruk die regionale programmamakers ervaren (61%). Dit percentage ligt bij de landelijke programmamakers op 35 procent.
Pijnlijk hoge werkdruk
Aan de enquête ging een uitgebreide belronde vooraf, die werd geleid door campaigner Milen van Boldrik: ‘Uit de gesprekken bleek dat iedereen zijn accenten anders legt, afhankelijk van de levensfase, maar er zijn wel duidelijk gemene delers.’ Zo worstelen veel jonge makers met onzekere contracten waardoor ze zich nauwelijks kunnen bezighouden met een echte carrièreplanning. Tegelijkertijd zie je ook hele goede journalisten hierdoor vertrekken. Aan de andere kant van het spectrum bevinden zich programmamakers die al jarenlang in dienst zijn. ‘Zij zien door de jaren heen dat de budgetten steeds meer slinken waardoor er met minder mensen meer gedaan moet worden. De werkdruk is pijnlijk hoog geworden.’
Uit de belronde kwam ook naar voren dat mensen zich druk maken om de kwaliteit van de journalistiek. Dikwijls wordt bij vertrek van een programmamaker geen vervanging geregeld. In hetzelfde tijdsbestek moeten verhalen online en op de radio. ‘Dit gaat ten koste van de kwaliteit vinden veel programmamakers.’
Met name het zwalkende overheidsbeleid wordt gezien als hoofdoorzaak van onzekerheid en werkdruk. Maar ook vinden de programmamakers dat de NPO niet altijd verstandige keuzes maakt en zien we soms een gebrek aan strategisch HR-beleid bij de omroepen.
En toch. Ondanks alle klachten over werkdruk en onzekerheid geven de programmamakers wel aan dat ze de allerleukste baan ter wereld hebben. ‘Maar dat betekent wel dat een aantal mensen ver over hun grenzen heen gaan’, aldus Van Boldrik.
Regionale publieke omroepen
De problemen die zich voordoen bij de landelijke publieke omroepen, spelen ook bij de regionale omroepen. Toch staan de programmamakers in de regio niet negatief tegenover de plannen van minister Slob. ‘Zij zien de uitbreiding naar een derde net als een extra mogelijkheid om een breder publiek aan te spreken met een minder verre plek op de kabel. Minister Slob zien zij als de eerste minister die de regionale omroepen op waarde weet te schatten.’ De vraag is alleen of dit nog op tijd is. ‘We hebben verschillende keren gehoord dat het vet op de botten weg is. Als de regionale omroepen gaan uitbreiden moet daar wel budget tegenover staan.’
Wat er volgens de makers moet gebeuren
Het is volgens de programmamakers klip en klaar wat er moet gebeuren om de positie van de makers en journalistieke en informatieve programma’s te verstevigen: het verlagen van de werkdruk; contractzekerheid bij jongere makers; indexatie van (journalistieke) programma’s; voldoende budget voor verdiepende journalistiek; meer tijd voor research; het belang van onafhankelijke journalistiek verstevigen; afspraken met buitenproducenten over naleving van de cao Publieke Omroep; financiële ruimte voor variaprogramma’s bij de regionale omroepen; verbinding tussen NPO, RPO en lokale omroepen; en extra investering regionale omroepen voor invulling ruimte op het landelijke net.
Wil je meepraten of heb je aanvullingen op de uitkomsten? Laat het ons weten! Mail: Wais Shirbaz, wshirbaz@nvj.nl