Oorlog
Derk Sauer weet niet of hij ‘ooit nog kan terugkeren’ naar Rusland, het land dat hij vorige week halsoverkop moest verlaten, zo vertelde hij aan Sven Kockelmann op Radio 1. ‘Ik word ook al wat ouder’, zei hij erbij, wat weinig hoop bood voor een spoedige oplossing voor de situatie in Oekraïne. Column van bestuurslid Robbert Minkhorst.
foto: Taco van der Eb
‘Als je journalist bent, dan moet je over deze oorlog schrijven, dat kan gewoon niet anders’, had de uitgever eveneens gezegd – kort na aankomst op Schiphol tegen een verslaggever van Het Parool. Dat is een nobele plicht die hij zichzelf had opgelegd, een die hij nu dus wel noodgedwongen vanuit Nederland moet gaan uitvoeren. DPG Media heeft The Moscow Times, het nieuwsmedium dat Sauer oprichtte, onderdak geboden.
De namen van de journalisten die naar Nederland komen blijven geheim. Hun families blijven achter, omdat er voor hen geen visum is, schreef Het Parool. Sauer tegen de krant: ‘De journalisten die in Rusland blijven zullen ‘ondergronds’ gaan. Zij worden onze oren en ogen.’ Om de veiligheid van de journalisten niet te zeer in gevaar te brengen verschijnen hun namen voorlopig niet meer bij artikelen.
Het eerste slachtoffer in een oorlog is altijd de waarheid. En toch blijven journalisten zoeken naar die waarheid als ergens een oorlog is uitgebroken, zelfs als je daarvoor moet vluchten, zoals in het geval van Sauer en een deel van zijn redactie.
Sauer, baken van betrouwbaarheid in een informatieoorlog die de Russische president Vladimir Poetin al jaren voert, is niet de enige die vluchtte. De BBC haalde zijn verslaggevers ook weg uit het land. De NOS riep correspondent Iris de Graaf terug. Collega Geert Groot Koerkamp besloot zelf te blijven en werkt sindsdien ook voor de Volkskrant.
Als ik hier opschrijf dat Poetin met zijn invasie van Oekraïne een oorlog is begonnen, wat op zich een nuchtere vaststelling is, maak ik me volgens de Russische autoriteiten schuldig aan het verspreiden van desinformatie. Volgens Poetin komt hij het Oekraïense broedervolk bevrijden, een boodschap waarmee hij ook zijn soldaten die kant op stuurt. Ik zie vooral het leed, de verwoestingen en de oorlogsmisdaden, maar een kleine kans dat Poetins marionetten mij vanwege deze observatie hier in het veilige, comfortabele Nederland van mijn bed komen lichten. Hoe reëel dat risico is in Rusland of in Oekraïne bewijst de Russische president al jaren door zijn omgang met politieke tegenstanders. In Poetins hoofd is de waarheid heel lang geleden al gesneuveld.
Een kleine nuance vind ik hier wel op zijn plaats. Poetins plotselinge imperialisme komt niet uit de lucht vallen. Het geopolitieke gesar van de Navo – met bijvoorbeeld militaire oefeningen in Polen en de Baltische staten, op de stoep van Ruslands voortuin – mag je best hinderlijk vinden. De massale Nederlandse steun voor Oekraïne en zijn inwoners is hartverwarmend, maar laten we niet denken dat we van doen hebben met een vooruitstrevend, liberaal land, vrij van corruptie of andere zorgen, dat klaar is voor een lidmaatschap van de EU. Als diens president Volodymyr Zelensky in het eerste oorlogsweekend zich stoer door de straten van Kiev begeeft en zichzelf filmt – ‘Mij krijgen jullie niet hoor’ – is dat ook (oorlogs)propaganda. Het manipuleren van de beeldvorming werkt twee kanten op.
En toch: Iedere Oekraïner (of Rus) die nu tegen Poetin opstaat en zich openlijk tegen hem verzet, met of zonder geweld, zou je een held kunnen noemen. Dat geldt ook voor iedere journalist ter plekke, die alleen zijn woorden als wapens heeft en daarmee zijn werk en leven in de waagschaal stelt.
Zoals deze helden:
Amerikaanse journalist doodgeschoten door Russische troepen / Villamedia
Medewerkster Russische tv-journaal protesteert in uitzending tegen oorlog / Villamedia