Martijn Beekman: 'Bang zijn hoort niet bij een fotograaf'

woensdag 23 januari 2019

Martijn Beekman, winnaar van de Zilveren Camera in 1996 en 2007, koos ervoor om de echte fotojournalistiek te verruilen voor andersoortige opdrachtgevers. Hij sluit een terugkeer niet uit en hij doet vrijdag mee aan de landelijke actiedag. ‘Ik zie mijn vak gewoon afsterven. Ik zie ook geen jonge aanwas meer, geen twintigers die bij een krant of het ANP willen werken.’

Als er één ding in de afgelopen weken duidelijk is doorgedrongen tot het grote publiek dan is dat het in de fotojournalistiek, van hoog tot laag, sappelen is. Zelfs de meest gelauwerde fotografen, van Zilveren Camera-winnaars tot Fotografen des Vaderlands, beperken zich niet meer tot alleen fotojournalistiek. Martijn Beekman, winnaar van de Zilveren Camera in 1996 en 2007, was 18 jaar fotograaf van de Volkskrant en werkte 4 jaar voor het ANP. Dat hij is geswitcht, was niet vanuit financiële redenen, maar toch fotografeert hij tegenwoordig vooral in opdracht van overheden en sporadisch voor het ANP, het AD en NRC Handelsblad. ‘Wat ik zie is dat veel vaste fotografen vroeger twee klussen op een dag kregen en nu nog zo’n vier klussen per week. De frequentie is afgenomen. Ik heb heel graag voor de krant gewerkt. Als ik op een nieuwsonderwerp zat, wist ik dat die foto in meerdere bladen terechtkwam. Archieffoto’s brachten tien jaar geleden bij Hollandse Hoogte (HH) nog een substantieel bedrag op. Mijn onderwerpen leverden Hollandse Hoogte 4.000 tot 5.000 euro per maand op en de helft was voor mij. Van die tarieven is nu misschien nog een vijfde over.

Wat er gebeurde is dat ANP en HH elkaar hebben weggeconcurreerd. Beide bezochten klanten en boden steeds lager. De kranten konden zo archieffoto’s voor een appel en een ei krijgen. Je zou het marktwerking kunnen noemen maar in feite maak je de markt kapot. Door de fusie van ANP en HH wordt nu het opdrachttarief ook nog eens gehalveerd. Het is de doodssteek. Als zoethoudertje krijg je na 48 uur je copyright terug en mag je je foto doorverkopen. Dat was tot een aantal jaar geleden nog interessant, maar met het snelle internetnieuws helemaal niet meer.’

Je hebt ervoor gekozen om het wereldje van de fotojournalistiek te verlaten.

‘Het had niet alleen maar met geld te maken. Ik had behoefte aan iets anders dan alleen nieuws verslaan, het werd een beetje van hetzelfde, een debat hier en een partijcongres daar. Ik werk nu voor andere opdrachtgevers, zoals overheden, en dat vind ik hartstikke leuk.’

Als ik je de keuze voorleg: fotojournalistiek of wat je nu doet?

‘Ik heb heel bewust voor de andere kant gekozen. Ik vond de werkdruk in de fotojournalistiek ook vrij hoog worden. Ik zou dus kiezen voor wat ik nu doe. Maar ik weet ook dat de journalistiek hartstikke leuk is en ik zou dat best een of twee dagen per week willen doen. Het ís ook een leuk beroep. Maar er is een ondergrens. Je moet een behoorlijk bedrag binnenhalen om je te kunnen verzekeren, je pensioen op te bouwen of je gezin te kunnen onderhouden.’

Geven de mediaorganisaties überhaupt nog om fotojournalisten?

‘Jawel, zeker wel. Bij het ANP hadden we enkele jaren geleden een heel aardige club fotografen opgebouwd. Er zat een visie achter, er werd geïnvesteerd. De werkdruk werd weliswaar hoog, maar er werd in elk geval geprobeerd om kwaliteit te leveren. Dat is gelukt, alle kranten gebruiken ANP foto’s. Nu is er een nieuwe directeur die de opdracht heeft gekregen het mes erin te zetten: de aangekondigde tariefsverlaging van 50 procent.’

Hoe zie jij de 5 procent verhoging die het ANP vorige week aankondigde?

‘Het verbaasde me dat ze wel wat deden. Vijf procent is twee tientjes bij het dagtarief. Maar de halvering van het dagtarief als gevolg van de fusie tussen ANP en HH hangt daar als een donkere wolk boven. Die 5 procent lijkt me een soort goodwill tonen.’

Wat is voor jou de belangrijkste beweegreden om vrijdag mee te doen?

‘Ik ben hiermee groot geworden. Ik ben groot geworden door de Volkskrant, doordat ik daar stage mocht lopen en daar 18 jaar mocht werken. Ik ben groot geworden doordat ik Bert Verhoeff, Guus Dubbelman, Marcel Molle, Daniel Koning in de donkere kamer tegenkwam. Ik heb er zoveel jaar een fantastisch leven gehad en ik sluit een terugkeer niet uit. Als ik ooit weer zenuwachtig word als er een minister aftreedt of als er een grote demonstratie is. Sterker nog, ik ben het van plan om het af en toe te doen. Maar ik zie aan de andere kant mijn vak gewoon afsterven. Ik zie ook geen twintigers meer die bij een krant of bij het ANP willen werken. Enkele jaren geleden was ik jurylid bij het ANP en we zochten jong talent. De prijs was een half jaar stage lopen bij het ANP...’

…en Remko de Waal en Desirée Schippers wonnen

‘Ja, maar dan heb je het over de eerste keer dat die prijs werd uitgeschreven. Twee jaar later zochten we naar hun opvolgers. Maar een nieuwe Remko hebben we niet gevonden. Er zat twee jaar tussen die eerste en tweede zoektocht. Kennelijk zijn er op de foto opleidingen geen mensen te vinden die voor kranten willen werken. Onvoorstelbaar. Dit is mijn grote zorg: ik zie geen jonge aanwas. Daarom doe ik vrijdag ook mee.’

Speelt het journalistieke belang nog een rol voor je?

‘Print wordt minder en internet groeit. Bij internetfotografie zie je meteen wat het is, terwijl je in die mooie oude kranten groothoekfoto’s zag waarin je rond kon dwalen. En toch ben ik elk jaar weer verrast. Als redacteur van het beeldmagazine Hollandse Beelden heb ik een jaaroverzicht gemaakt in samenwerking met ANP en HH. Het is niet per se slechter dan tien jaar geleden. Er zit hooguit wat minder diepgang in, omdat fotografen minder tijd hebben om ergens in te gaan graven. De stijl is een beetje veranderd, maar het niveau is nog steeds hoog. Dat komt omdat al die mannen en vrouwen met zoveel passie werken. Ik voorspel je alleen wel dat als de tarieven zo ver gaan dalen als dat het ANP aankondigt dan gaan de fotografen niet meer voor ze werken. Je komt in een neerwaartse spiraal terecht. Je verliest ervaring en kranten gaan klagen. Dat biedt misschien wel weer kansen voor fotografen die hun foto’s rechtstreeks gaan aanbieden aan kranten in plaats van ANP.’

Afgelopen week zei Roel Visser in NRC dat hij vreest dat het protest te laat komt.

‘Misschien. Het probleem is natuurlijk dat fotografen moeilijk te verenigen zijn. Maar dit is een hele grote groep die vecht tegen de grote mediaorganisaties. Het is laat, misschien wel te laat, maar er is nu ook heel veel aandacht. Het is goed om te laten zien dat je naast smartphonefotografie ook  fotografen hebt met een bepaalde kijk op zaken. Daar moet je maar geld voor over hebben en het is goed dat iedereen zich dat realiseert. Daarom is de actie sowieso goed.’

Wat zeg je tegen fotografen die nu nog twijfelen?

‘Sommige hebben misschien nog de angst om hun naam ergens aan te verbinden. Maar ik hoor ook dat beeldredacteuren, meestal het eerste contact met de fotograaf, heel erg achter de actie staan. Beeldredacties houden van fotografie en die zien het probleem echt wel.

Als je fotograaf bent, ben je zzp’er; dan neem je risico’s en dan moet je niet te bang zijn. Je moet een uitgesproken mening hebben als je uitgesproken foto’s wil maken. Bang zijn hoort niet bij het fotograaf zijn.’


 

Je kunt je nog steeds aanmelden voor de landelijke actiedag voor toekomstbestendige fototarieven op vrijdag 25 januari. Dat kan hier of aanstaande vrijdag ter plekke in Den Haag. Ga voor alle informatie naar de actiepagina van de NVF