Foutje, bedankt?
Soms lacht het leven je toe: ooit betaalde ik voor een consumptie met een tientje en later bleek dat ik wisselgeld van 50 euro terug had gekregen. Ik ben er niet voor teruggegaan. Bij Monopoly heet dat 'Een vergissing van de bank in uw voordeel'.
Ook werkgevers vergissen zich wel eens en betalen soms (niet vaak) te veel salaris. Bijvoorbeeld omdat iemand minder is gaan werken en die urenvermindering administratief niet correct is verwerkt, of omdat bij einde dienstverband vakantiedagen worden uitbetaald die al lang zijn opgenomen. Mag je dat extraatje houden? In juridische termen: mag de werknemer er gerechtvaardigd op vertrouwen dat de betaalde bedragen juist zijn of is er sprake van onverschuldigde betaling en moet er worden terugbetaald?
De afgelopen maanden hadden rechters het druk met deze vraag. In het eerste geval ging het om een werknemer van Hans Anders die in de proeftijd werd ontslagen. Ten onrechte werd haar een volledig maandsalaris uitbetaald terwijl zij er al in de eerste week van de betreffende maand uit was gevlogen. Twee maanden later vordert Hans Anders het teveel betaalde salaris terug. Foutje. De werknemer vindt het eigen schuld van Hans Anders. De rechter kijkt of de werknemer erop mocht vertrouwen dat het salaris juist was. Niet dus. De vrouw had een loonstrook ontvangen en daarop kunnen zien dat haar een volledig maandsalaris was uitbetaald in plaats van het salaris voor een weekje werk. Het verweer van de werknemer: er is een grove fout gemaakt, de salarisstrook was onoverzichtelijk en het was haar eerste loon, mocht niet baten.
Een tweede zaak betrof een werknemer bij de Belastingdienst met wie was afgesproken dat hij na afronding van zijn studie een salarisverhoging zou krijgen. Dat gebeurt, maar er wordt een fout gemaakt, waardoor het salaris plotsklaps 40 procent hoger wordt. De gemaakte afspraken hielden een veel beperktere verhoging in. Het teveel betaalde wordt teruggevorderd en de foutieve inschaling wordt hersteld. De man protesteert en zegt dat de fout hem niet was opgevallen. Dat vindt de rechter ongeloofwaardig, juist ook voor iemand die werkzaam is in een functie waarin hij financiële gegevens moet controleren. De rechter stelt verder dat meegaan in het betoog van de werknemer er toe zou leiden dat zwijgen (terwijl je weet dat er een fout gemaakt wordt) loont, terwijl van een goed werknemer verwacht mag worden dat hij aan de bel trekt. Vreemd is het wel dat de rechter vindt dat de man als financieel controleur moet begrijpen dat er een fout wordt gemaakt, maar dat de werkgever (nota bene de Belastingdienst) zo’n fout straffeloos mag maken. Maar ja, dat is eigenlijk ook geen nieuws.