‘De kansen voor en behoefte aan goede fotojournalistiek zijn er’
Serge Ligtenberg (59) is sinds november 2023 bestuurslid van de NVJ, met als portefeuille onder andere de ledengroep NVF. Net als zijn voorganger Ruud Rogier is hij als gelauwerd fotojournalist bij uitstek gekwalificeerd om de belangen van de beeldmakers te vertegenwoordigen. Ligtenberg brengt een realistische – en toch positieve – kijk op het vak met zich mee.
Foto: Ruben Philipse
Ligtenberg weet waar hij het over heeft, als fotojournalist met decennialange ervaring. ‘Ik heb altijd al veel belangstelling voor de fotografie gehad, en dan met name reisfotografie. Uiteindelijk ben ik in 1987 naar de hbo voor Fotografie in Den Haag gegaan, tegenwoordig onderdeel van de Kunstacademie. Het leek mij beter en sneller om daar de kneepjes te leren én gebruik te maken van de kennis en connecties van de opleiding.’
Van Het Parool naar de Volkskrant en De Telegraaf
Dat pakte goed uit. Hij raakte, samen met studenten van het Conservatorium, betrokken bij een project met Mauricio Kagel, een Argentijns-Duitse componist van theatrale moderne muziek. ‘Ik heb dat toen in beeld gebracht. Dat beviel iedereen goed, zodat ik uiteindelijk voor hem ook andere projecten ben gaan fotograferen. Daarna ging het redelijk vanzelf. In het derde jaar van de opleiding ben ik stage gaan lopen bij Het Parool. Na afloop bleef ik voor die krant freelancen, met een mooie mix van opdrachten: zowel theater- als nieuwsfotografie.’ Het ging zelfs zo goed, dat hij de HBO voor Fotografie niet meer afmaakte. ‘Ik had toen al veel opdrachten, niet alleen van Het Parool, maar ook de nodige zakelijke klanten. Na verloop van tijd ben ik voor de Volkskrant gaan werken en uiteindelijk, zo’n jaar of vijftien geleden, kwam ik bij De Telegraaf terecht.’
Overheidsaanbesteding
Anno 2024 is Ligtenberg wat minder actief in de hardnieuwsfotografie: ‘Tegenwoordig maak ik hoofdzakelijk portretten voor De Telegraaf. En daarnaast ben ik één de fotografen voor de Eerste en Tweede Kamer. Dat is via een overheidsaanbesteding gegaan. Aan zo’n aanbesteding kleven overigens wel wat nadelen. Je hebt weliswaar een redelijke omzet voor de periode van een paar jaar, maar het vraag veel inzet en tijd. Het risico is ook levensgroot dat je na vier jaar met lege handen staat omdat je jouw andere klanten niet hebt kunnen bedienen.’
Knelpunten
Ligtenberg signaleert de nodige knelpunten als het gaat om de hedendaagse fotojournalistiek. ‘De tarieven van tegenwoordig zijn ronduit waardeloos. Vroeger waren die hoger en kon je foto’s ook nog doorverkopen naar andere afnemers. Er was goed te leven van de fotojournalistiek, met een mix van opdrachten voor de kranten, inkomsten van de verkoop van archiefbeelden en wat werk voor persbureaus. In de afgelopen dertig jaar zijn de tarieven niet of nauwelijks omhoog gegaan. Tegelijkertijd wordt er bij regiokranten zelfs alleen maar minder betaald. Nu is het een voorwaarde dat je ook andersoortige, niet-journalistieke klanten hebt om een goede omzet te halen.
Als je het goed doet, heb je overigens als freelancer veel meer vastigheid dan dat je in dienst bent. Een dienstverband kan opgezegd worden, waarna je zonder werk op straat staat. Als je als freelancer jouw zaakjes goed op orde hebt, met zo’n zes klanten die elk minder dan 25 procent van de totale omzet vertegenwoordigt, dan is het verlies van één klant geen groot probleem.’
'Goede toekomst fotojournalistiek'
Het is niet alleen maar kommer en kwel in de fotojournalistiek, stelt Serge Ligtenberg. ‘Persoonlijk vind ik dat journalistiek in zijn algemeenheid van wezenlijk belang is voor een land. Je ziet hoe snel dingen kunnen veranderen. Daarom gaat het om veel meer dan het als fotojournalist jouw eigen bedrijf in leven te houden. Er is een groot algemeen belang. Als fotojournalist, helemaal als zelfstandige, moet je lid zijn van de NVF/NVJ. De NVF/NVJ is één van de pijlers voor een goede journalistiek.’
Hij is onverdeeld optimistisch over de toekomst. ‘Ik zie een goede toekomst voor de fotojournalistiek. Er is bijvoorbeeld een mooie instroom van jong talent, zoals Ramon van Flymen, Piroschka van de Wouw en Sem van der Wal. En het belang van onafhankelijk journalistiek beeld wordt alleen maar groter. Dat zag je al tijdens de coronapandemie en het is ook weer te zien bij alle perikelen rond de ontwikkeling en inzet van artificial intelligence. Betrouwbare journalistiek in het algemeen en betrouwbare fotojournalistiek in het bijzonder maken het verschil. De kansen voor en behoefte aan goede fotojournalistiek zijn er.’