Tara Lewis (30) is freelance journalist en schrijft onder andere voor NRC Handelsblad en VPRO-gids Ze studeerde Geschiedenis aan de Erasmus Universiteit en Communicatie aan de Hogeschool Rotterdam en werkte tijdens en na haar studie voor huis-aan-huiskranten De Havenloods en Groot Vlaardingen.
“Ik wilde journalist worden in mijn eigen stad. Het werd eerst een bijbaan bij de Rotterdamse huis-aan-huiskrant De Havenloods en na mijn afstuderen werd ik gevraagd om bij Groot Vlaardingen in te vallen. Aanvankelijk boden ze me een dagtarief aan van 80 euro. Ik ging rekenen en kwam erachter dat ik nog meer verdiende als verkoper van softijs in Diergaarde Blijdorp. Daarna werd me 120 euro aangeboden, overigens nog steeds 15 euro bruto per uur.
Dat was drie jaar geleden. Ik ben inmiddels fulltime freelancer en werk voor onder andere NRC Handelsblad, dat 37 cent per woord betaalt, en de VPRO-gids, 40 cent per woord. Ik heb ooit eens aan een collega gevraagd wat ik zou moeten verdienen als freelancer, want ik had geen idee. Hij noemde een bruto-omzet van 1.000 euro per week. Dat haal ik niet, maar het is wel iets waarnaar ik streef. Ik schat dat ik gemiddeld rond de 2.000 euro bruto per maand zit. Ik krijg nu nog startersaftrek. Gelukkig hoef ik geen aanspraak te maken op mijn partner. Ik zou er minder ontspannen bij zitten als ik het idee heb dat ik mijn huur niet bij elkaar zou kunnen schrijven.
Ik geloof in regiojournalistiek
In die jaren bij de huis-aan-huiskranten heb ik gemerkt hoe belangrijk lokaal nieuws is voor de beleving van gemeenschapszin. Mijn krant werd goed en kritisch gelezen. Ik geloof in de functie van lokale journalistiek. Toen bekend werd dat de Persgroep alle eindredacteuren van de huis-aan-huisdivisie boventallig verklaarde, schreef ik een kritisch opiniestuk. Het ging me vooral om de minachting voor de journalistiek, die je tevens terugziet in de lage tarieven: de regio-edities van het AD betalen 13 cent per woord. De kern van mijn verhaal was niet zozeer die 13 cent, maar de uitholling van de regionale journalistiek. Die kritiek is me niet in dank afgenomen.
“Ik vind het sowieso een slechte houding als je iemand de mond probeert te snoeren”
Niet de mond snoeren
Op dat moment was het AD Rotterdams Dagblad nog mijn opdrachtgever. Ik had al een paar weken niets meer gehoord en ging langs. De eindredacteur vond het erg vervelend dat ik kritisch over de Persgroep had geschreven, ik had gebeten in de hand die mij voedde. Hij vertelde dat hij graag een door mij gepitcht verhaal had willen plaatsen, maar nu even niet. Na twee weken mocht ik het weer proberen. Ik vind het sowieso een slechte houding als je iemand de mond probeert te snoeren, maar voor een tarief van 13 cent liet ik me dit niet aanleunen. Ik heb zelf de knoop doorgehakt.
Ik ging destijds akkoord omdat ik graag wilde werken voor een regio-editie, niet omdat ik 13 cent zo redelijk vond. Soms zat er enkele dagen werk in een stuk van 600 woorden. Nu ik bij de Persgroep weg ben, heb ik meer tijd over voor mijn andere opdrachtgevers. Eigenlijk gaat het een stuk beter sinds die beslissing.
Ik vind dat ik het leukste beroep heb dat er bestaat en het is een feest dat ik nu voor media werk waar ik altijd al voor heb willen werken: NRC en de VPRO-gids. Het liefst wil ik mooie verhalen maken en dat ik daar van kan blijven rondkomen. Ik zou nog graag een echt lokaal kwaliteitsmedium willen. Eentje waar je als freelancer goed betaald wordt.”