Vooruit, het is crisis in de media, wees lief voor je opdrachtgever en hanteer de @NVJ adviestarieven #zzp uit 2004 pic.twitter.com/OoSfq2bXqp
Vooruit, het is crisis in de media, wees lief voor je opdrachtgever en hanteer de @NVJ adviestarieven #zzp uit 2004 pic.twitter.com/OoSfq2bXqp
Ik zou niet durven.
Een aanklacht tegen de wetgever, die het ons onmogelijk maakt om misstanden in de journalistieke freelancersmarkt te benoemen. De wetgever vraagt de Autoriteit Consument & Markt (ACM) op te treden tegen een NVJ-tweet, met adviestarieven van 13 (!) jaar geleden. Daarmee zouden we namelijk misbruik maken van onze geweldige machtspositie.
Ja, u leest het goed, de mededingingswaakhond waarschuwt ons dat een tweet, waarin de pijnlijke situatie van veel freelancers zichtbaar wordt, de Nederlandse consument zou kunnen benadelen.
De markt moet zijn werk doen, is het credo van de ACM. Daarbij is het blijkbaar irrelevant dat een grote groep freelancers machteloos staat tegenover grote mediapartijen. Twee bedrijven, regionaal soms zelf één, bepalen de spelregels voor een gehele beroepsgroep.
Die spelregels luiden volgens uitgevers en omroepen, kort samengevat: alle auteursrechten in licentie geven en minder dan de helft betalen van de adviestarieven van begin deze eeuw.
Want tja, de markt is ruim en de budgetten zijn krap.
Beste collega’s,
Dit is een noodkreet, want onder strakke Vlaamse leiding zijn we ons vak naar de Filistijnen aan het helpen en de ACM helpt vrolijk een handje mee.
Steeds meer serieus journalistiek werk wordt gehonoreerd met bedragen waarvoor een gemiddelde vakman zijn bed niet uitkomt, of dat nu een loodgieter, schilder of advocaat betreft.
Twintig euro per uur, 200 euro per dag, 13 tot 25 cent per woord, dat zijn geen normale tarieven. Dat zijn bedragen, die ergens gecompenseerd moeten worden. Door een genereuze partner, een klus voor een commercieel bedrijf of door wat bochten te gaan afsnijden en de verdieping in een verhaal te laten voor wat ie is.
Dit zijn bedragen die te billijken zijn voor iemand die vers uit de schoolbanken wil binnenkomen op een redactie. Of voor een bijklussende leraar langs de lijn. Maar dergelijke honoraria bieden geen basis voor een professional die een toekomst zoekt, zich wil verdiepen in zijn verhaal en bij wil blijven in zijn vak.
Dit beleid holt ons vak uit. Een normale freelancer hoort, net als een collega in loondienst, een behoorlijk jaarinkomen te kunnen verdienen met journalistiek werk. Denk maar aan 50.000 euro per jaar, en tel daar dan nog maar eens 50% bij op voor pensioen, bedrijfskosten, opleiding, verzekering voor ziekte, vakantiegeld etc.
En deel dat jaarinkomen door een redelijk aantal declareerbare uren, zeg zo’n 1200 op jaarbasis. Dat betekent: iets meer dan 60 euro per uur, voor een gemiddeld ervaren collega.
Dit is geen adviestarief van de NVJ hoor, ik kijk wel link uit. Het is een warme aanbeveling aan al onze leden in dienst én onze freelancers om ons vak relevant en onafhankelijk te houden. En een oproep aan politiek en mediabedrijven: zorg voor een eerlijk speelveld.
Want, beste collega’s, ook journalistiek heeft een prijs.
Met de campagne Journalistiek heeft een prijs wil de NVJ duidelijk maken dat er voldoende bestaanszekerheid voor journalisten moet zijn als voorwaarde voor onafhankelijke journalistiek. Download het witboek.
Naar de actiepagina