Thomas Bruning bij deskundigengesprek Eerste Kamercommissie J&V

dinsdag 17 mei 2022

Waarborg een pluriform media-aanbod; zorg voor een sterke publieke omroep; stel grenzen aan de macht van mediabedrijven. Dit zijn enkele van de aanbevelingen die Thomas Bruning, algemeen secretaris van de NVJ, dinsdagmiddag doet tijdens het deskundigengesprek met de Eerste Kamercommissie voor Justitie en Veiligheid (J&V).

De Eerste Kamercommissie voor Justitie en Veiligheid (J&V) houdt dinsdagmiddag een deskundigengesprek over de rol van de pers in de rechtsstaat met Coen de Jong (publicist, historicus en politicoloog), Bart Brouwer (hoogleraar journalistiek) en Thomas Bruning (NVJ).

Het openbaar gesprek is ter voorbereiding op het beleidsdebat dat de Eerste Kamercommissie voor J&V op 31 mei heeft met de minister van Justitie en Veiligheid, de minister voor Rechtsbescherming en de staatssecretaris Cultuur en Media. De vraag die de commissie onder meer aan de deskundigen stelt is wat er zou moeten gebeuren om de informatievoorziening te garanderen die de burger nodig heeft om zijn vertegenwoordigers en de overheid te kunnen controleren.

Bijdrage Thomas Bruning:

Hieronder volgt de bijdrage van Thomas Bruning, algemeen secretaris NVJ over de rol van de pers binnen de rechtsstaat:

Woorden doen ertoe, of het nu artikelen van onze beroepsgroep betreft of uw uitspraken in de kamer en daarbuiten.

Ze informeren, inspireren en motiveren mensen.

Inspireren en motiveren klinkt positief, maar de verschrikkelijke moord op 10 onschuldige zwarte Amerikaanse burgers in Buffalo, New York laat zien dat inspiratie ook een heel duistere zijde kan hebben.

De schutter blijkt gemotiveerd te zijn geweest door de zogenaamde replacement-theorie en haalde zijn inspiratie uit uitspraken en artikelen online, zelfs van zenders, die een groot publiek in de VS bereiken.

Kortom, er rust een grote verantwoordelijkheid op wat mediapartijen naar buiten brengen en op de uitspraken die wij als journalisten en u als volksvertegenwoordigers doen.

Uw belangrijkste vraag aan ons was wat u, de politiek, de overheid kan doen om de informatievoorziening te garanderen en de positie van onze beroepsgroep binnen onze rechtsstaat te verstevigen.

Om te beginnen: ouderwets in woorden en daden uitdrukken hoezeer we de rol van de journalistiek zouden moeten koesteren, hoe kritisch en vervelend die rol soms ook uitpakt.

Uitspraken, die onze beroepsgroep wegzetten als tuig van de richel of brengers van leugens ondermijnen de positie van de pers en legitimeren intimidatie en geweld.

De forse toename van geweld tegenover onze beroepsgroep hangt helaas mede samen met dit soort uitspraken.

Onderschat in dat opzicht niet uw positie. Als degene die de kiezer gekozen heeft, een uitspraak doet, dan heeft dat impact. In positieve en negatieve zin.

Die verantwoordelijkheid geldt evenzo goed de journalistiek. Als een goed gelezen krant of goed bekeken programma een beschuldiging uit, dan dient deze stevig onderbouwd te zijn. Want ook de journalistiek kan maken en breken.

Gaat dat altijd goed?

Nee, journalisten maken soms fouten en politici doen soms domme uitspraken. Dat maakt niet "de media onbetrouwbaar" of "de politiek dom". Dat zijn stigma's waar niemand mee verder komt.

Het is dus zaak om gemeenplaatsen te voorkomen, elkaar per geval aan te spreken én verantwoordelijkheid te nemen.

Hoe zorgen we voor een klimaat, waarin slordigheden en fouten zoveel mogelijk worden voorkomen en tijdig worden gecorrigeerd, de burger zo onafhankelijk mogelijk wordt geïnformeerd én de burger zich herkent in de keuze van onderwerpen die worden aangesproken?

Waarborg een pluriform media-aanbod

Dat vraagt primair om het waarborgen van een pluriform media-aanbod, waarin vanuit alle maatschappelijke geledingen onafhankelijk verslag wordt gedaan, waarin media elkaar kritisch de maat nemen en waarin verantwoordelijkheid wordt genomen voor publicaties en uitspraken.

Als u ervoor zorgt dat de voorwaarden voor een dergelijk landschap worden geschapen, dan hoeven andere middelen, waar ik in het slot van mijn betoog op kom,  niet aangegrepen te worden.

Dus het is vooral aan de overheid om ervoor te zorgen dat het publiek een divers en onafhankelijk media-aanbod kan ontvangen.

Zorg voor een sterke publieke omroep

Dat begint bij een sterke, journalistiek onafhankelijke, publieke omroep, maar evenzogoed bij (fiscale) regels die het private media mogelijk maken om onafhankelijk nieuws te brengen.

De afgelopen jaren hebben duidelijk gemaakt dat het private mediabedrijven heel wel lukt om met journalistiek een goede boterham te verdienen, maar het is wel ten koste gegaan van de beloning van de (freelance) makers. De forse mediaconcentratie, die wij het afgelopen decennium gezien hebben, is gegeven de internationale mediamacht van digitale grootmachten goed te begrijpen, maar vraagt wel om stevigere checks and balances.

Stel grenzen aan de macht van mediabedrijven

Als de marktmacht van 1 of 2 partijen zo groot is, dat freelancers niet hun eigen tarief kunnen bepalen, en als 1 redactioneel artikel binnen een concern veelvuldig gebruikt wordt, dan ontstaat er een situatie waarin de façade van een onafhankelijk media-aanbod nog wel staat, maar de inhoud en diversiteit wel erg mager wordt. Dit zien we vooral op regionaal niveau, waar nog maar weinig concurrentie over is en aan freelancers zo weinig betaald wordt, dat de controlerende rol in het gedrang komt.  

Dit vraagt dus enerzijds om een financiële stimulans voor goede publieke journalistiek en anderzijds voor bijvoorbeeld btw- 0 tarieven voor private mediabedrijven. In omringende landen kan dit, de EU heeft de obstakels weggenomen, dus waar blijft Nederland? 

Maar daar mag, lees moet, dan wel wat tegenover staan. Wettelijke regels om de vergaande concentratie van media van scherpere kaders te voorzien, zodat de (machts)positie van makers niet in het gedrang komt en een inhoudelijk divers aanbod ook na fusies overeind blijft.

Want pluriformiteit is alleen te waarborgen als redacties echt onafhankelijk kunnen blijven opereren én als er voor professionaliteit betaald blijft worden.

Wat kunt u nog meer doen?

Persveilig

Belangrijk is uiteraard ook dat we als samenleving een veilige werkomgeving voor journalisten waarborgen. De duikeling van Nederland van plaats 6 naar plaats 28 op de ranglijst van persvrije landen is een pijnlijk gegeven. Dit heeft alles te maken met een gepolariseerd klimaat, waarin de reguliere media door sommige groepen als verdachte partij wordt aangewezen. Ik herhaal nog maar eens, woorden doen ertoe, dus iemand die de journalistiek als tuig wegzet, gelooft niet in de democratie en zet zijn kiezers aan tot geweld tegen onze beroepsgroep. Een zeer scherpe reactie op dit soort uitspraken is dus vereist, juist ook vanuit de politiek zelf.

Handhaving

Daarnaast gaat het natuurlijk om regels en handhaving van regels die het journalisten mogelijk moeten maken om veilig hun werk te doen. Daarin werkt de mediasector goed samen met politie en OM binnen het initiatief Persveilig. Maar zolang aangiftes lang blijven liggen of daders moeilijk kunnen worden opgespoord in het digitale domein, blijft er werk aan de winkel. Persveilig verdient in dat verband langer dan tot 2024 uw steun.

Preventie; investeer in journalistieke mediawijsheid

Ook preventief is er nog een wereld te winnen, door meer begrip te ontwikkelen over de rol van de journalistiek binnen onze samenleving.

Mediawijsheid is meer dan leren omgaan met social media, het gaat erom dat een nieuwe generatie leert onderscheiden hoe zij onafhankelijke nieuwsbronnen kunnen herkennen en wat de functie van de journalistiek werkelijk behelst. Een project als de Roadshow Persvrijheid, waarin dit binnen lesprogramma wordt uitgewerkt, verdient een veel grotere rol binnen het lespakket van de middelbare scholen.

Stel voorwaarden aan social media/ techbedrijven

En vergeet niet de rol van de grote digitale spelers in het mediadomein.  Te lang heeft de overheid de grote techbedrijven laten wegkomen met het credo dat zij slechts technische distributeurs zouden zijn van informatie. Te lang heeft u weinig oog gehad voor de alarmerende machtspositie van deze partijen.

Zij spelen een cruciale rol in de wijze waarop het grote publiek zich informeert en dienen daarvoor, net als alle andere media, verantwoordelijk voor te worden gehouden.

Zelfregulering is hiervoor niet voldoende. Voor social media bedrijven zou dezelfde verantwoordelijkheid moeten gelden als voor een willekeurige journalistieke titel of omroep.

Nu wordt menigeen het bos ingestuurd, die geconfronteerd wordt met bedreigingen, schending van auteursrechten, privacy, intimidatie of smaad. De primaire verantwoordelijkheid voor dit soort schade dient altijd te liggen bij de distribuerende social media-partij, die door middel van algoritmes een sterke invloed heeft op het aanbod dat het publiek te zien krijgt en schathemeltje rijk wordt van de verzameling van data en advertisement, die met dat aanbod gepaard gaat. 

En wat moet u nalaten?

Tenslotte hoort u ook van mij een nadrukkelijke aanbeveling als het gaat om het nalaten van zaken.

Laat na om zelf verwarring te stichten door zelf nieuws te gaan produceren. Uw rol is vooral om toegankelijk te zijn voor de journalistiek en hen de informatie te verschaffen, waar elke burger in dit land recht op heeft. Zorg dus voor een echt open overheid en laat de eindeloze vertraging en het weglakken voortaan achterwege!

En, op dit moment zeer actueel; het is in onze optiek niet de rol van de overheid om desinformatie te gaan verbieden of zenders te blokkeren.

Wij geloven in een rechtstaat waarin onafhankelijke media de kracht hebben om desinformatie te onthullen en het publiek zelf een oordeel mag vellen welke informatie zij vertrouwt en welke niet. Het is daarbij niet aan de overheid voorafgaand, maar aan de rechter achteraf om opruiing, smaad of misleiding aan te pakken.

Het Europabrede politieke besluit om de zenders RT en Sputnik te blokkeren achten wij dan ook buitengewoon onverstandig. Niet omdat wij van mening zijn dat RT en Sputnik geen staatsgestuurde desinformatie verspreiden, maar omdat wij van mening zijn dat desinformatie niet bestreden moet worden met censuur.

We moeten blijven geloven in de kracht van onze eigen democratische rechtsstaat.

In een rechtsstaat maakt de burger zijn eigen informatiekeuzes binnen de grenzen van de wet. Daarbij is een pluriform media-aanbod een basisvoorwaarde en noodzakelijk dat media verantwoordelijk kunnen worden gehouden op basis van bestaande wet- en regelgeving. 

Laten we daar met zijn allen aan blijven werken!