Joris Luyendijk: ‘Maar nog steeds hebben wij het mooiste beroep op aarde’

zondag 24 juni 2018

Joris Luyendijk sloot zaterdagavond het Freelancersfestival af met zijn kijk op freelancen, journalisten en de journalistiek. Het werd een gepassioneerde uitbarsting over diepe nieuwsgierigheid, het nut van verwarring, de cynische satire van Trump en de verantwoordelijkheid van de journalist. Gelukkig sloot hij met de woorden: ‘Maar nog steeds hebben wij het mooiste beroep op aarde.’

Foto: Sebastiaan ter Burg, CC BY 2.0  

Joris Luyendijk is de ultieme freelancer, vrij van de dwingende opdracht van wat past binnen de kaders en wat niet. Niet op zoek naar het antwoord op de vraag, maar op zoek naar de vraag zelf. Zoals hij deed in Londen. Hij wist niets over de financiële wereld van de City, verhuisde met zijn gezin, en ging voor The Guardian een blog bijhouden over wat hij over de bankenwereld leerde. Dat resulteerde in “Dit kan niet waar zijn: onder bankiers”, het bestverkochte boek van 2015.”

Verwarring, wanhoop en misère

Soms is het zoeken naar de vraag helemaal niet leuk, vertelt hij. ‘Als je echt op zoek bent naar de vraag, dan ben je een half jaar of soms een jaar totaal aan het zwemmen. Ik begreep er geen zak van. Het was dat ik kon teruggrijpen naar mijn ervaringen in Egypte, waar ik als student naar toe ging. Ook daar dacht ik dat het helemaal niets werd, totdat ik werd geholpen door mijn begeleider. De verwarring was nodig. Als ik niet in verwarring was, deed ik iets verkeerd. Hij zei: “Alles wat je jezelf hebt aangeleerd, is gebaseerd op beelden uit de media en die ben je nu aan het kwijtraken. Je hebt alleen nog geen nieuwe beelden. In elk geval heb je nu alles afgeleerd, dus je bent goed bezig.” Die transitie moet met verwarring, wanhoop en misère gepaard gaan’, zegt hij lachend. ‘Het is goed als iets fundamenteel vernieuwend is. Anders ben je alleen maar origineel en verzin je verhalen rond de consensus.’

Onder elke tegel een verhaal

Het is de intense nieuwsgierigheid die hem drijft om zo diep te gaan. ‘Mijn weekenden zijn niet anders dan mijn werkdagen, Ik heb geen uitknop.’ Onder elke tegel zit een verhaal. Wachtlijsten in de zorg, bureaucratie in het onderwijs, woningtekorten. Grote onderwerpen waar mensen echt om geven. Eerst alles openleggen, kennis opbouwen, afwachten tot de nieuwskaravaan er doorheen is getrokken en dan weer verder bouwen aan je veld. Geen mens of beroep vindt hij oninteressant. ‘Bij een bloemschikker denk ik aan Azië, arbeidsmarkt, genetische modficatie… ta-ta-ta, ga maar door.’ Hij beweegt zijn armen als een verkeersregelaar. ‘Alles verknoopt, er komen zoveel verhalen samen.’

Ga naar de stemmen zonder microfoon

En de verhalen moeten nog steeds verteld worden. Journalisten hebben een verantwoordelijkheid daarin. Ook als de stem tegen Europa is, moet die gehoord worden. ‘Als je van Pechtold te horen krijgt dat de EU zo geweldig is, want je hoeft niet in de rij te staan bij de grens en je hoeft geen geld te wisselen, en een bijstandmoeder vertelt dat ze al 19 jaar niet meer in het buitenland is geweest, dan heb je als journalist echt de verantwoordelijkheid om naar de stemmen te gaan die geen microfoon hebben.’

Fundamenteel mis

Desondanks is er wel iets fundamenteel mis met de journalistiek. Joris Luyendijk sprak er eerder over in Mechelen. ‘Dat ging over onderzoeksjournalistiek in Europa, over het onthullen van misstanden. Dan wordt ervan uitgegaan dat er een constructieve oppositie is die uitvoerbare plannen heeft en jouw misstand gebruikt om druk te zetten. Maar zou je door je onthulling een president ten val willen brengen, als je weet dat je dan de sleutel geeft aan iemand die de democratie de facto wil afschaffen, zoals iemand als Le Pen in Frankrijk? Worden journalisten met hun onthullingen niet per ongeluk de useful idiots in dit systeem?

Ik dacht altijd hoe kritischer mensen zijn, hoe meer empowered. Maar je ziet nu dat mensen helemaal niks meer geloven. Waar progressieven dachten dat je met kritische informatie en een kritische bevolking sneller de juiste dingen kunnen doen, zie je nu dat die kritische houding tegen ons keert. Satire wordt cynische misantropische humor, die een instrument is geworden van Trump en zijn volgers. Het is een heel merkwaardige tijd. Kijk hoe Trump ons aanvalt, het is bijna erger dan al-Sisi in Egypte. Een moord op journalisten in Amerika, lijkt bijna een kwestie van tijd als er Breivik-achtige types komen die het land denken te moeten redden.’

Het zijn bijna zijn slotwoorden van de avonden, maar gelukkig niet helemaal. ‘Maar nog steeds hebben wij het mooiste beroep op aarde.’

Festivalpagina