De Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) maakt zich zorgen over de reeks procedures van Nina Brink tegen journalist Eric Smit en de recente beslaglegging op al zijn bezittingen. De media hebben in Nederland en in de hele beschaafde wereld een belangrijke rol. Ze zijn de waakhond van de democratie. Het is een zorgelijke ontwikkeling dat mensen die blijkbaar geld genoeg hebben met een vorm van juridische intimidatie de waakhond proberen te muilkorven.
Mevrouw Brink heeft tot op heden nog geen rechtszaak gewonnen. Natuurlijk, journalisten moeten zorgvuldig werken en Brink heeft haar rechten, maar ze maakt zich schuldig aan juridische overkill. Het is ook vast geen toeval dat de beslagleggingen direct volgen op het bericht dat het Persvrijheidsfonds aan Smit een subsidie van 5000 euro heeft toegekend.
Smit, die als freelancejournalist werkt, heeft al 70.000 euro aan advocatenkosten uitgegeven. Extra punt van zorg: er zijn steeds minder journalisten in vaste dienst en steeds meer freelancers. Die worden zo afgeschrikt om hun werk te doen. En hun opdrachtgevers in het verlengde daarvan ook. Die bedenken zich wel twee keer voor ze met de freelancer in zee gaan.
Er lijkt helaas sprake te zijn van een trend. Goed voorbeeld is telecombedrijf Pretium. Je hoeft als journalist maar iets te schrijven of uit te zenden wat Pretium niet aanstaat, of het bedrijf stapt naar de rechter.
Andere meer internationale zorgelijke trend: bedrijven beginnen na media-uitingen in Engeland een rechtszaak. Rechters aldaar nemen in feite iedere zaak aan en kunnen enorm hoge schadevergoedingen opleggen. Je publiceert in Nederland in De Volkskrant iets over bijvoorbeeld Trafigura (gifschip Probo Koala) en wordt in Londen aangepakt. Ook dat is een intimiderende manier van optreden die de persvrijheid ondermijnt.
Arthur Maandag
Secretaris NVJ