Persverklaring NVJ: Tripoli en persgedrag

maandag 17 mei 2010

De NVJ is de laatste dagen veelvuldig gevraagd of zij geen standpunt zou moeten innemen over de berichtgeving rondom de ramp in Tripoli en het gedrag van diverse media in het bijzonder.
De NVJ vindt dat media primair zelf verantwoordelijk zijn voor hun publicaties en dat het niet aan de NVJ is om een oordeel te geven over publicaties, die in de ogen van het publiek over de grens van het betamelijke gaan. De NVJ is niet de zedenmeester van de journalistiek, maar de vereniging die het opneemt voor de belangen van de beroepsgroep.

Wij achten het niet onze taak om bepaalde publicaties of journalistieke werkwijzen goed- of af te keuren, aldus de NVJ, noch te beslissen wie wel of niet het journalistieke vak mag uitoefenen.
Dat zou een drempel opwerpen voor vrije toegang tot de media voor iedereen, een grondwettelijk uitgangspunt dat wij te vuur en te zwaard willen verdedigen.
Het is niet aan de beroepsorganisatie NVJ, die als doel heeft om alle professioneel werkende journalisten in Nederland te verenigen, om een waardeoordeel te vellen over het gedrag of de handelingen van een individuele journalist, welke persoonlijke opvatting we daar ook over zouden hebben.

Wel moet iedereen, en zeker een benadeeld individu, gemakkelijk zijn beklag kunnen doen wanneer het optreden van journalisten als infaam, onjuist of onnodig de privacy schendend wordt ervaren. Daarvoor hebben we 50 jaar geleden, samen met omroepen en uitgevers, de Raad voor de Journalistiek in het leven geroepen. Die kan wel een oordeel vellen over gedrag van journalisten en guidelines verschaffen voor journalistiek zorgvuldig handelen.
Verder achten wij het van groot belang dat beroepsgenoten naar hun publiek en tegenover elkaar verantwoording afleggen over de afwegingen, die ze elke dag opnieuw maken. We doen dat via ons vakblad en de vaksite Villamedia.nl, via de door ons mede opgerichte stichting Mediadebat en door zelf als NVJ debatten over dit soort onderwerpen te organiseren, zoals ook over dit onderwerp.
Een aankondiging over precieze tijdstip en locatie volgt deze week op Villamedia.nl en NVJ.nl.

Wij zien het ook als onze taak om de eigen verantwoordelijkheid van de media en individuele journalisten mede mogelijk te maken, door te zorgen voor goede opleidingen, onafhankelijkheid en voldoende redactionele menskracht en tijd om zorgvuldig het vak uit te oefenen.
Ook zorgen we voor basisuitgangspunten, die als houvast kunnen dienen voor het uitoefenen van het vak (code van Bordeaux, leidraad van de Raad voor de Journalistiek). Maar uiteindelijk heeft ieder medium en iedere journalist zijn eigen verantwoordelijkheid, en dat is je houden aan de wet en aan de grenzen die de samenleving en het (eigen) publiek van ons verwacht!

Dat die eigen verantwoordelijkheid – ook wel het zelfreinigende vermogen van de media- goed functioneert, blijkt wel uit het feit dat er een intensief debat is gevoerd in de media en met het publiek. Anders dan veel andere organisaties moeten media zich bijna continue verantwoorden, elke dag aan hun betalende lezers en in het geval van de publieke omroep, aan alle belastingbetalers. Dat zorgt ervoor dat er wel fouten worden gemaakt door “de media” maar dat er ook telkens snel geleerd wordt van die fouten en dat het publiek de media op die fouten aanspreekt.

Dat een vrije en onafhankelijke nieuwsvoorziening gebaat is bij een verantwoorde taakopvatting door de beroepsgroep moge duidelijk zijn.
Hoe verder de grenzen worden opgezocht, hoe meer een samenleving geneigd zal zijn om de bewegingsvrijheid van de journalistiek in te perken.
Tegelijkertijd is het van groot belang dat grenzen moeten kunnen worden opgezocht, en te blijven onderkennen dat media in enkelvoud niet bestaan. Het gedrag van een bepaald medium of van een specifieke journalist kan de beroepsgroep als geheel niet verweten worden.

Amsterdam, 17 mei 2010


Voor informatie & contact:
Thomas Bruning - algemeen secretaris NVJ
NVJ Postbus 75997 1070 AZ Amsterdam
020-6766771 www.nvj.nl / tbruning@nvj.nl