Jaarcijfers PersVeilig: ‘We blijven roepen: meld je’

maandag 8 januari 2024

Afgelopen jaar deden journalisten 218 keer melding van een incident bij PersVeilig. In de meeste gevallen ging het om bedreiging, vaak mondeling of op sociale media. Daarnaast was er ook sprake van fysiek geweld, stalking of intimidatie en discriminatie. Opvallend is dat veel meer mannen dan vrouwen zich meldden: 147 versus 51.

‘We blijven roepen: meld je. Want dat leert ons wat er speelt’, zegt Peter ter Velde, projectleider PersVeilig. Hij geeft toelichting bij de cijfers.

Wat valt je op als je naar de meldingen van afgelopen jaar kijkt?

‘Allereerst natuurlijk de lichte toename vergeleken met vorig jaar, toen waren er 198 meldingen. Daarnaast zie ik dat bepaalde thema’s in het nieuws invloed hebben op het soort meldingen. Op zich is dat natuurlijk logisch. Met het opgelaaide conflict tussen Israël en Hamas krijg ik regelmatig de vraag of het aantal meldingen toeneemt. Van een stijging kan ik niet echt spreken, maar ik zie wel dat sindsdien een heel groot deel van de meldingen aan dat thema gerelateerd zijn.’

Zijn bepaalde groepen journalisten extra kwetsbaar?

‘Ja, bijvoorbeeld de 112-fotografen. Zij komen altijd op plekken waar de emoties hoog oplopen. Een brand bijvoorbeeld, of een ongeval. Het kan snel gebeuren dat mensen hun emoties dan tegen die fotograaf richten. Enerzijds is dit een groep die wel vaak incidenten bij ons meldt, anderzijds kunnen we ze slecht bereiken met trainingen. Daar gaan we het komend jaar op inzetten.

En daarnaast zien we extra kwetsbaarheid ook bij vrouwelijke journalisten.’

Afgelopen jaar kondigde PersVeilig aan nader te bekijken hoe jullie vrouwelijke journalisten nog beter kunnen ondersteunen, wat heeft dat opgeleverd?

‘Er zijn gesprekken gevoerd met ruim 50 vrouwelijke journalisten: van hoofdredacteuren tot columnisten, freelancers en in vaste dienst. Daaruit kwam naar voren dat er behoefte is aan meer dan wat PersVeilig nu al biedt. Het onderzoek heeft een aantal aanbevelingen opgeleverd die we dit jaar gaan uitvoeren, daarvoor is een nieuwe medewerker aangenomen. Waarschijnlijk kunnen we eind januari meer erover zeggen.

Nou, alvast één ding: het gevoel van eenzaamheid dat sommige vrouwelijke journalisten ervaren na bedreiging. Het gevoel dat je de enige bent die aangevallen wordt. En dus de behoefte om met anderen met een vergelijkbare ervaring erover te praten. We zullen gaan nadenken over hoe we dat kunnen inrichten.’

Welke soorten hulp hebben jullie het afgelopen jaar geboden?

‘Soms wil iemand gewoon even praten, of overleggen: kan ik hier aangifte van doen? Vooral als het gaat om online bedreigingen. Of BNNVARA belt na de bedreiging van Tim Hofman, even checken of alle stappen die ze kunnen zetten zijn gezet. Soms zetten we een psycholoog in, want bij journalisten met traumatische ervaringen is even praten met mij niet voldoende. Tot aan de veel zwaardere gevallen: laatst hebben we weer een freelancer voorzien van camerasystemen bij zijn huis en een noodknop die direct contact legt met de alarmcentrale.’

Wat zijn, denk jij, redenen dat journalisten incidenten niet melden?

‘Een deel van de journalisten is in vaste dienst en meldt een incident alleen bij de werkgever. Een deel vergeet het. Een deel denkt: wat mij is overkomen is niet ernstig genoeg. En misschien is het voor vrouwelijke journalisten een drempel dat ik een man ben, ik kan me dat zeker voorstellen in het geval dat je als vrouw te maken krijgt met seksueel getinte bedreigingen. Daarom hebben we een vrouwelijke medewerker aangenomen.’

Sinds deze week kan aangifte worden gedaan van doxing, welke andere maatregelen zijn volgens jou nodig?

‘Openbare registers zijn natuurlijk een probleem. Bij de Kamer van Koophandel kunnen journalisten hun adres inmiddels afschermen. Er zijn nu gesprekken gaande met het Kadaster. En we werken aan een online ‘privacytool’, waarmee je kunt checken in welke openbare registers jouw gegevens staan en waarmee je direct een brief kunt sturen met de vraag of ze je eruit kunnen halen.’

Hoe is het contact tussen PersVeilig en de socialemediaplatforms?

‘Met Google en Meta heel goed. Onlangs werd bijvoorbeeld een foto van AD-journaliste op Instagram gezet door een rapper met een grote achterban, met de oproep haar eens op te gaan zoeken. Onder de post stonden al snel 8.000 reacties. Tja, dan is het kwaad deels al geschied natuurlijk, maar wij zochten contact met Meta en binnen een kwartier is zo’n post dan weg.

Een doorbraak is dat we sinds een maand eindelijk ook contact hebben met X. Daar vinden de meeste bedreigingen plaats. Maar het zal nog moeten blijken of X net zo gaat handelen als Google en Meta nu doen.’

In andere landen is veel bewondering voor PersVeilig. Wat kun jij leren van initiatieven in andere landen?

‘Een goed voorbeeld zijn juridische dreigingen: SLAPP’s [Strategic Lawsuit Against Public Participation: rechtszaken met als doel journalisten te intimideren of het zwijgen op te leggen]. In Nederland lopen we echt achter met het nemen van maatregelen daartegen. In Engeland zijn ze veel verder. Ik ben daarom in Londen geweest om te horen welke stappen de Engelsen hebben gezet, zelfs in wetgeving. Daar leer ik veel van.’

Tekst: Jolanda van de Beld

Downloads