Vraag en antwoord over uw pensioen

vrijdag 27 januari 2012

Drie van de vijf grote Nederlandse pensioenfondsen hebben op 19 januari 2012 op grond van de voorschriften op het toezicht van de Nederlandsche Bank (DNB) aangekondigd, dat ze in april 2013 als de rente zo (extreem) laag blijft hun pensioenuitkeringen moeten korten ofwel ‘afstempelen van pensioen rechten’. Jarenlang is het woord afstempelen een taboe geweest binnen de pensioenwereld, maar op dit moment zit de pensioensector in economisch zwaar weer. Alle pensioendeelnemers in middenloon-regelingen (zowel gepensioneerden als actieven en ook zogenoemde ‘slapers’) hebben hun pensioen niet zien indexeren vanwege de inflatie, maar de aankondiging van het verlagen of korten van pensioenrechten is wel dramatisch. Overleeft het pensioenstelsel de crisis? En wat is de rol van de NVJ? Zeven vragen, zeven antwoorden.

In welke mate is de NVJ betrokken bij de pensioenen?
Het pensioen is een belangrijke arbeidsvoorwaarde. Zo’n 20 procent van het inkomen gaat in de oudedagsvoorziening zitten. Premies worden betaald door werkgevers en werknemers. Vandaar dat het een belangrijk onderwerp is aan de diverse CAO-onderhandelingstafels. Voor ZZP’ers en freelancers zet de NVJ zich al jaren in om ook een vorm van pensioen geregeld te krijgen.
Vertegenwoordigers van de NVJ zitten namens de werknemers en de gepensioneerden in de besturen en de deelnemersraden van de bedrijfstakpensioenfondsen, zoals PGB en PNO Media.

Is het niet veel beter dat alles overgeheveld wordt naar verzekeraars?
Het pensioenstelsel in Nederland is uniek. Fondsen gerund door werknemers en werkgevers komen nergens ter wereld op deze schaal voor. En dat heeft grote voordelen. De besturen van de pensioenfondsen hebben maar één doel voor ogen: een zo goed mogelijk pensioen tegen een zo laag mogelijke kostprijs. Gemiddeld gaat 3,5 procent van de bruto premies bij pensioenfondsen naar bedrijfs- en beleggingskosten. Bij verzekeraars ligt dit rond de 26 procent. Dat komt deels doordat verzekeraars actief op zoek moeten naar cliënten met maatwerkregelingen en er moet natuurlijk ook winst gemaakt worden voor de aandeelhouders. Al met al is het ook in deze tijd veel gunstiger het pensioen via een pensioenfonds op te bouwen.

Hoe slecht staan de fondsen er nu echt voor?
Er wordt, om dit vast te stellen, vaak gesproken over de dekkingsgraad. De dekkingsgraad geeft aan in hoeverre een fonds in staat is in de toekomst te voldoen aan alle verplichtingen. Als er sprake is van een dekkingsgraad van bijvoorbeeld 90 procent, betekent dit dat er voor elke uit te keren euro maar 90 eurocent in kas is. De Nederlandsche Bank heeft een minimale dekkingsgraad van 105 procent vastgesteld. PNO Media en PGB hadden op 31 december jl dekkingsgraden van respectievelijk 90,7 en 99,7. Het gekke is dat dit niets zegt over de rendementen van de fondsen, want er zijn door de jaren heen nog nooit zulke goede rendementen behaald als in het afgelopen twee jaar. De dekkingsgraad wordt echter bepaald aan de hand van de langjarige rekenrente. De lage rente veroorzaakt een daling van de dekkingsgraad. De lage rente suggereert dus dat fondsen armer zijn dan in feite het geval is.
Dit alles neemt niet weg dat er, ook al is het op papier, grote problemen zijn. De DNB eist van pensioenfondsen die een te lage dekkingsgraad hebben dat zij een plan hebben om binnen vijf jaar dat tekort in te halen en zij moeten medio februari 2012 hun actuele stand van zaken en de mogelijke maatregelen aan de DNB bekend maken.

Hoe zit het met de vergrijzing?
We worden in Nederland gemiddeld steeds ouder. Hiermee is bij het vaststellen van de pensioenpremie in het verleden onvoldoende rekening gehouden, immers gepensioneerden krijgen doordat ze –gelukkig—langer leven over een langere periode pensioen uitgekeerd. Samen met de financiële crisis heeft dit de dekkingsgraad sterk verlaagd. Om het beleid van de pensioenfondsen weer robuust en toekomstbestendig te maken, is in het pensioenakkoord van juni 2011 afgesproken om dat deel van de premierekening in het vervolg niet meer automatisch door de pensioenfondsen wordt betaald. Evenwichtige belangbehartiging tussen pensioengerechtigden, deelnemers en aangesloten werkgevers bij het fonds vormt daarbij de basis.

Kan de NVJ garanderen dat er niet ‘afgestempeld’ wordt?
Dat kan niemand, maar de NVJ zet zich in de besturen van de pensioenfondsen wel vol in om dit afstempelen te voorkomen. Als op 31 december jl. de dekkingsgraad bij een pensioenfonds niet op peil is, zullen er maatregelen voorbereid moeten worden. Wat de NVJ betreft kan pas aan de pensioenrechten worden gekomen als er geen andere uitweg meer is en DNB op basis van de Pensioenwet korting oplegt. Dus zullen eerst andere, ook niet populair makende, maatregelen als premieverhoging en aanpassing van de regeling aan de orde komen. Mocht dit ook allemaal niet helpen en mocht ook het komende jaar de rente niet omhoog gaan, dan is ‘afstempelen’ niet uit te sluiten. Maar dat gaat dus op z’n vroegst spelen eind 2012. Al met al is er sprake van een bizarre situatie. De Europese Centrale Bank houdt de rente kunstmatig laag om de economie te stimuleren. Op het zelfde moment eist een onderdeel van die Europese bank, onze centrale bank, dat de pensioenfondsen als gevolg van die lage rente straks moeten afstempelen. Het verlagen van de pensioenen per 1 april 2013 is echter een voornemen dat in 2012 volgens de voorschriften van DNB aan de deelnemers van het fonds aangekondigd moet worden. Of dit voornemen daadwerkelijk uitgevoerd zal worden is afhankelijk van de stand van zaken op 31 december 2012.

Kunnen de pensioenen nog steeds worden uitbetaald?
Ja. Er zit op dit moment ongeveer 875 miljard euro in de kassen van de pensioenfondsen. Daarvan wordt jaarlijks maar 20 miljard euro aan uitkeringen besteed. Jaarlijks komt er 25 miljard euro aan premie binnen. Honderd procent garanties voor de toekomst kan niemand geven. Ook bestaan er verschillen tussen de fondsen. Het is voorlopig in elk geval mogelijk om de pensioenen te blijven uit te keren.

Waar kan ik terecht met vragen over mijn pensioen?
Uw pensioenfonds of pensioenverzekeraar kan u nader informeren over uw persoonlijke situatie. De fondsen zijn verplicht u als deelnemer actief te informeren over de toestand van het fonds. Maandelijks worden op de websites van de bedrijfstakpensioenfondsen PNO Media en PGB de dekkingsgraden gepubliceerd. Maar ook de ondernemingspensioenfondsen als die van De Telegraaf en Elsevier zijn wettelijk verplicht de deelnemers actief te informeren over de stand van zaken. Voor overige vragen kunt u telefonisch of per e-mail contact opnemen met uw fonds.
Uiteraard kunt u ook uw vertegenwoordiger in de Deelnemersraad van uw pensioenfonds benaderen.
Op de website www.mijnpensioenoverzicht.nl ziet u, naast uw AOW, hoeveel pensioen u hebt en bij welke pensioenuitvoerder (pensioenfonds of -verzekeraar). Ook ziet u wat uw nabestaanden krijgen als u overlijdt. AOW en pensioen die u al ontvangt, worden niet getoond. U logt in met uw DigiD.

Auteur: Dick Oosterbaan