Ik ben per 1 januari 2016 werkloos geworden, heb mijn hele leven gewerkt en ik had er dus op gerekend dat ik gedurende de maximale termijn WW zou krijgen. Maar of mijn werkloosheid al niet erg genoeg is, krijg ik ook nog bericht van het UWV dat ik niet 38 maanden, maar 37 maanden WW ontvang. Klopt dat wel?
Ja, dat klopt. De opbouw en duur van de WW zijn veranderd per 1 januari 2016.
Duur WW
Vanaf die datum wordt de maximale duur van de WW langzaam afgebouwd van 38 maanden naar maximaal 24 maanden. Dat gaat in kleine stapjes, te weten elk kwartaal gaat er een maand af. Het moment dat je werkloos wordt, is bepalend voor de maximale duur. Natuurlijk is de duur van de WW ook afhankelijk van het arbeidsverleden: hoe langer gewerkt, hoe langer WW.
Na 1 januari 2016 geldt dat als het arbeidsverleden 24 jaar of korter is, de WW uitkering even lang duurt als het arbeidsverleden in jaren. Kortom, een arbeidsverleden van 20 jaar, levert een WW van 20 maanden op. Is het arbeidsverleden meer dan 24 jaar, dan wordt de duur van de uitkering elk kwartaal met een maand ingekort, maar de uiteindelijke duur wordt niet korter dan 24 maanden. Dat geldt niet alleen voor degenen die een WW duur van 38 maanden hadden, maar voor iedereen die tussen de 24 en 38 maanden WW zou krijgen. Kortom uiteindelijk krijgt niemand meer langer dan 24 maanden WW. Indien je bijvoorbeeld op 1 januari 2016 een arbeidsverleden van 34 jaar hebt, en een jaar later werkloos wordt (op 1 januari 2017) dan gaan er 4 maanden af van de WW duur en wordt dit 29 maanden.
Voor degenen die een maximale WW van 38 maanden hadden geldt dat indien je in het eerste kwartaal van 2016 werkloos wordt, je maximaal 37 maanden WW krijgt, als je in de periode april tot juli 2016 werkloos wordt, je maximaal 36 maanden WW krijgt enzovoort.
Opbouw WW
Omdat de uiteindelijke aanspraak op de WW korter zal zijn, verandert er ook iets in de opbouw van de WW-aanspraken. Om voor de basisuitkering WW in aanmerking te komen moet voldaan zijn aan de wekeneis, ofwel in de laatste 36 weken voor werkloosheid moet tenminste 26 weken gewerkt zijn. De basisuitkering duurt 3 maanden.
Een WW uitkering na 3 maanden krijg je als je in de laatste 5 kalenderjaren voordat je werkloos werd, minstens 4 kalenderjaren hebt gewerkt. Tot 1 januari 2016 gold dat voor elk gewerkt jaar een recht op 1 maand WW werd opgebouwd. Ofwel 20 jaar arbeidsverleden levert 20 maanden WW op. Vanaf 1998 gelden alleen de feitelijk gewerkte jaren. Voor 1998 tellen ook de jaren mee vanaf het jaar dat je 18 werd, ongeacht of je daadwerkelijk hebt gewerkt (het fictieve arbeidsverleden).
Vanaf 1 januari 2016 geldt voor de eerste 10 jaar nog steeds dat voor ieder jaar arbeidsverleden één maand WW-uitkering wordt opgebouwd. Echter, vanaf 1 januari 2016 wordt voor de periode daarna nog slechts een halve maand uitkering opgebouwd voor ieder jaar arbeidsverleden. Het duurt dan ook langer om de maximum uitkeringsduur te bereiken. Leuker kunnen ze het niet maken, makkelijker trouwens ook niet.