Frustrerend, die primeurs van tegenwoordig

maandag 24 maart 2014

Hoe lang is een primeur tegenwoordig jouw exclusieve bezit als journalist? In de digitale oertijd (de jaren negentig) was dat tenminste een halve dag: grofweg de tijd tussen het verschijnen van de ochtend- en avond-edities van de krant. Bij spectaculair nieuws had je in de tussentijd hopelijk een stapel extra losse exemplaren verkocht. Anno 2014 heb je als je pech hebt nog maar een minuut of tien het rijk alleen. Zoveel tijd kost het de oplettende online concurrent om jouw nieuws over te nemen.

Vaak gebeurt dat (uiteindelijk) redelijk netjes, met bronvermelding en een hyperlink naar jouw bericht. Zodat je in elk geval nog wat pageviews overhoudt aan al dat veredelde gekopieer. Maar vaak ook loopt het anders en heeft de gemiddelde nieuwsconsument al snel geen idee meer waar het oorspronkelijke nieuws vandaan kwam.

Spitwerk

Frustrerend? Velen vinden van wel. Dagen of zelfs weken journalistiek spitwerk kunnen in no time vervlogen zijn, uit elkaar gewaaid in een eindeloze lijst aan bijna letterlijk gekopieerde berichten in Google News. Van echt onderscheidend vermogen is zo geen sprake meer, verzucht onder anderen NRC-hoofdredacteur Peter Vandermeersch van NRC Handelsblad. De grotere Vlaamse uitgevers hebben daar iets aan geprobeerd te doen. In een ‘fair use charter’ beloofden zij elkaar heilig om vanaf dit jaar zorgvuldig om te springen met bronvermelding en verhalen niet langer creatief over te schrijven.

Gedragscode

De logische vraag is dan of dergelijke afspraken ook iets zouden zijn voor de Nederlandse media. Is er hier animo voor een richtlijn, een gedragscode, ja desnoods een charter? Wendy de Liefde deed er in het kader van haar studie aan de opleiding journalistiek aan de hogeschool Windesheim onderzoek naar, op verzoek van de NVJ. Zij sprak met veertien hoofdverantwoordelijken voor de twintig grootste nieuwssites van het land, van NU.nl tot het Brabants Dagblad. Belangrijkste conclusie: er is veel verdeeldheid bij de ‘top 20’ in ons land over de noodzaak van een gedragscode. Er is een groep die behoefte heeft aan meer houvast op dit punt,  al weet men ook wel dat niet iedereen zich aan die regels zal houden. Terwijl anderen vinden dat er al regels genoeg zijn (De Code voor Journalistiek van het College van Hoofdredacteuren bijvoorbeeld zegt al het nodige over “verwijzen naar informatie van derden”).

Maar ondertussen blijkt er toch vrij veel te zijn waar de Nederlandse online wereld het in grote lijnen wél eens is. Om de belangrijkste punten te noemen:

  • Bronvermelding is belangrijk. Ere wie ere toekomt. Als je zelf niet beroofd wilt worden, moet je ook niet van anderen willen jatten. Alleen als tegenover het publiek is het belangrijk dat internetjournalisitek transparant en controleerbaar is. 
  • Als er sprake is van een échte primeur (dus van een primeur die tot stand komt door eigen onderzoek, enquêtes en dergelijke), dan vindt iedereen dat je moet verwijzen naar het medium dat het nieuws heeft opgedoken. Hoe groter het nieuws, hoe langer je blijft verwijzen.
  • Bronvermelding vindt juist niemand nodig bij ‘112-nieuws’ dat de concurrentie met één telefoontje bevestigd kan krijgen.  En dat hoeft volgens verreweg de meeste media ook niet als er sprake is van de inhoud van persberichten die een journalist van een bepaalde instantie net iets eerder mag brengen dan de rest.
  • Bij eigen follow-ups op een primeur vindt de meerderheid dat je de oorspronkelijke bron weg mag laten.
  • Veel meer verschil van mening is er over de vraag of je bij een echte primeur zou moeten hyperlinken naar het verhaal waar het mee begon. Belangrijkste argument om dat niet te doen, is dat sommige sites het publiek niet door willen sturen naar de concurrent.

Maar…vrijwel alle tegenstanders staan open voor een debat over dit punt. Oók bijvoorbeeld De Telegraaf, een medium dat consequent weigert te linken.  Internetchef Marco van der Laan erkent dat de oude angst bij zijn krant voor het verlies aan bezoekers door hyperlinks “in ons geval ongegrond is”. Immers: “Mensen komen altijd terug, ze blijven niet weg.” De Telegraaf is nog niet overstag in de discussie over hyperlinken, maar Van der Laan zegt wel:  “Praten kan altijd.”

Jatdebat

Dat praten gaan we doen, op een debatavond op woensdagavond 2 april in De Rode Hoed in Amsterdam, georganiseerd door de sectie internet van de NVJ. Hoofdrolspelers in de discussie over het ‘jatten’ van nieuws zullen daarbij aanwezig zijn, zoals hoofdredacteur Peter Vandermeersch (NRC) en zijn collega Gert-Jaap Hoekman van NU.nl. Het gaat deze avond overigens niet alleen over de noodzaak van regels, maar bijvoorbeeld ook over de vraag of er goede manieren zijn om ook in de nieuwe werkelijkheid maximaal te profiteren van mooi eigen nieuws.

Meld je via vereniging@nvj.nl  aan om bij het debat te zijn.

Meer informatie bij de NVJ