Kahsay Mekonen
‘De Lira Scherpenzeel Prijs won ik voor drie onderzoeksverhalen over Djibouti en Eritrea. De voornaamste was een reportage over de dood van de Eritrese asielzoeker Kahsay Mekonen, gemaakt in samenwerking met Huub Jaspers van Argos en Hanna Möllers van Radio Bremen. Ik vind het zelf lastig om de lovende woorden van de jury te herhalen. (Spannende onderzoeksjournalistiek is het. Een verhaal dat veel weg heeft van een thriller, maar ook en vooral ontzettend gedegen, diepgaand en uitgebreid opgezet en uitgevoerd is.)
De familie van Kahsay Mekonen was speciaal naar de prijsuitreiking gekomen. Voor hen was dit ook heel belangrijk. Dat deze avond zo eindigde, maakte het wel extra bijzonder.’
Onderzoeksjournalist
‘Ik wilde zangeres worden in een rockband. Maar ergens heb ik besloten om geschiedenis te studeren en wetenschapsjournalistiek en African Languages and Cultures. Ik ben redelijk onrustig en altijd nieuwsgierig. Dan ren ik achter iets aan en ga door totdat ik weet wat ik wil weten. Zodoende is het onderzoeksjournalistiek geworden.’
Per ongeluk gespecialiseerd in kindersekstoerisme
In juni 2012 publiceerde OneWorld mijn eerste verhaal over kindersekstoerisme in Ghana met een concrete case waarin een ‘Limburgse miljonair’ voorkomt. Daarna werden mijn bronnen en ik lastig gevallen. Ook daarover heb ik geschreven. Het kort geding wat volgde in december 2013 heb ik gewonnen, evenals het hoger beroep in 2015. In die periode heeft de NVJ openlijk haar steun uitgesproken. Het is heel prettig dat er een beroepsorganisatie is die achter je staat en aan de media uitlegt dat hier sprake is van ernstige intimidatie. De NVJ heeft me ook geadviseerd om het Persvrijheidsfonds in te schakelen.’
Doorgaan
‘Het ene verhaal leidt tot het andere verhaal. Na de rechtszaak kreeg ik van een asieladvocaat de tip die naar De laatste reis van Kahsay Mekonen heeft geleid. De advocaat was op zoek naar een journalist met een lange adem, die ervaring heeft met risico’s en kwetsbare groepen. Zo is ze bij mij terecht gekomen op 17 januari 2014.’