Allard Berends: 'Ik kan stoer zeggen dat we ons niet laten kennen, maar ik sta daar niet'

Allard Berends, directeur/hoofdredacteur van Omroep Flevoland, vertelt wat hij als hoofdredacteur doet om zijn werknemers tegen bedreiging te beschermen.

Online agressie, fysieke klappen, het vernielen van apparatuur, schelden, spugen tot en met dood wensen. De bedreigingen tegen journalisten nemen toe en worden explicieter. De impact is fors. Journalisten vertellen over hun ervaringen. In dit deel: Allard Berends, directeur/hoofdredacteur van Omroep Flevoland, vertelt wat hij als hoofdredacteur doet om zijn werknemers tegen bedreiging te beschermen.

'In Urk had een jongen met een aantal jongeren bij zijn huis ruzie om een meisje. De hele situatie escaleerde. We vroegen verslaggevers naar Urk te rijden om verslag te doen. Een van hen reed in de omroepauto waarop groot onze naam staat. In dergelijke situaties is het wijselijk om de auto verder weg te zetten, maar de verslaggever kwam dankzij het navigatiesysteem direct uit op de plek waar het allemaal gebeurde. Op dat moment liep een horde van puberende jongens op de reportagewagen af. Er werd zwaar vuurwerk in en onder de auto gegooid.

Urk is slechts één voorval. Bedreigingen vinden zowel buiten op straat plaats als binnen via social media. Zo is een van onze eindredacteuren maandenlang gestalkt. Hij had dienst en werd gebeld door iemand die eiste dat een bericht werd verwijderd. De eindredacteur legde uit waarom hij dat niet deed en bood de man aan om zijn reactie onder het bericht te plaatsen. Het daaropvolgende stalken was echt beangstigend: ‘Ik weet waar je woont; ik weet dat je twee kinderen hebt’. Het ging zelfs zo ver dat de man ook ’s nachts op onze camerabeelden verscheen. Er werken hier ’s avonds op het industrieterrein ook jonge vrouwen.

Ik denk dat we zo’n tien stevige bedreigingen per jaar te maken hebben. Dan tel ik nog niet het licht agressieve gedrag mee wat ook behoorlijk vervelend is. Het probleem is dat bedreigingen zich lang niet altijd vooraf aankondigen en dat onze verslaggevers veelal in hun eentje draaien.'

Wat is de impact van de bedreigingen?

'De verslaggever in Urk was redelijk ontdaan. Hij heeft heel goed gehandeld, heeft gede-escaleerd en is vertrokken na de waarschuwing van mensen dat het uit hand ging lopen. Hij is een zeer ervaren freelancer, die wel meer heeft meegemaakt. Maar dit was toch wel een dingetje.

Er zijn verslaggevers die bepaalde klussen liever niet meer doen of angst hebben om naar een bepaalde wijk te gaan. Ze gaan wel, maar gaan anders. Ze blijven meer op afstand. Natuurlijk zijn er geen plekken waar we niet naar toe gaan, maar dit heeft impact en uiteindelijk effect op het journalistieke product. Het is onzin om te beweren dat dat niet zo is. Dat is zorgelijk. Ontzettend zorgelijk.'

Doe je aangifte van bedreigingen?

'De standaardlijn is dat journalisten aangifte doen als ze zijn lastiggevallen, ook al weten we dat er weinig gebeurt. In het geval van Urk hebben we ook aangifte gedaan. Er is ook gerechercheerd, maar we kregen de terugmelding dat de politie de jongens niet heeft kunnen vinden. Daar zat wel mijn frustratie. Begrijp me goed, ons contact met de politie is prima. We hebben een korte lijn met de districtschef in Flevoland. Maar ten tijde van Urk kwamen ook de verhalen naar buiten dat journalisten beter beschermd moesten worden en dat aangiften altijd in behandeling moesten worden genomen. We hadden in dat jaar al behoorlijk wat incidenten achter de rug in Almere, Lelystad en Oostvaardersplassen, en ik vond dat ik na Urk een punt moest maken. We hebben de publiciteit opgezocht met de boodschap: als een journalist aangifte doet, dan kun je ervan uitgaan dat dit heel serieus is.'

Waar heeft die publiciteit in geresulteerd?

'In een goed gesprek met de korpsleiding.'

Welke voorzorgsmaatregelen neemt de omroep?

'We hebben de cursus van de NVJ gevolgd waarin mensen worden getraind op de-escalerend gedrag. We maken afwegingen: wat zijn de risico’s, ga je alleen of met z’n tweeën, neem je de reportagewagen of niet. En als hoofdredacteur moet je praten en luisteren. Wat is er gebeurd, Hoe gaat het? Wat kunnen we doen? Ik kan heel stoer zeggen dat we ons niet laten kennen. Maar dat is natuurlijk gelul, want ik sta daar niet. Wat onze verslaggevers in hun mandje krijgen, telt uiteindelijk allemaal mee. Met de Arbodienst hebben we een afspraak dat we een beroep kunnen doen op hun deskundigheid als mensen een probleem hebben.'

Heb je tips voor agenten?

'Neem de aangifte daadwerkelijk op en beperk het niet tot een melding. Journalisten gaan niet zomaar naar een politiebureau. Een journalist die meldt dat hij is lastiggevallen, ís lastiggevallen. Als de politie de aangifte serieus neemt, gaat er ook een afschrikwerkende werking van uit. Jongens die een verslaggever met bierflesjes bekogelen, bedenken zich na een stevig gesprek wel drie keer.'

Hoe gaat PersVeilig journalisten helpen?

'Lik-op-stuk. Daar ben ik van overtuigd. Bedreigingen zijn van alle tijden. Dat is niet om te bagatelliseren want het zou niet mogen gebeuren, maar wat steeds meer gebeurt is dat het respect voor de journalistiek wegvalt. Vaak denk je aan het grote werk, aan journalisten in oorlogsgebieden. Maar ik zie heel veel ‘klein leed’ bij de regionale pers en misschien is dat nog wel veel fnuikender. Ik vind het zeer ernstig als een verslaggever angst heeft. Ik vind het zeer ernstig dat de vrijheid van werken en de persvrijheid onder druk staat op sommige plekken, omdat er mensen zijn die het kennelijk geen enkel probleem vinden om een journalist het werk onmogelijk te maken. Ook in de regio. Dus aanpakken, die jongens. Vaak zijn het puistenkoppen die nog geen brommer mogen rijden. Die eigenlijk in bed hadden moeten liggen. Stoerdoenerij. Maar wel met een enorme impact voor de verslaggever die daar aan het werk is.'